Hertogen van Normandië
Het hertogdom Normandië ontstond in 911, toen de West-Frankische koning Karel de Eenvoudige de Noormannen onder leiding van Rollo een stuk grond in leen gaf aan de Seinemonding, met Rouaan als hoofdstad. De bedoeling van het Verdrag van Saint-Clair-sur-Epte, waarin dit werd bepaald, was dat zij andere Noormannen buiten de deur zouden houden. Al gauw wisten deze “Normandiërs” echter grote delen van de Frankische kuststreek te veroveren, hoewel zij zich ook tot het katholieke christendom bekeerden en daarna geleidelijk verfransten.
1. Rollo de Noorman, oftewel Rollo Rognvaldsson (geboren ca. 860 – overleden ca. 930), later gedoopt als Robert, was een Viking-krijgsheer. Mogelijk dient hij vereenzelvigd te worden met Hrolf Ganger (Oudnoords voor Hrolf de Wandelaar). Hij zou zo genoemd zijn omdat hij een grote en zware man was en geen paard sterk genoeg was om hem te dragen en hij dus altijd moest lopen. In ieder geval is Rollo een Latijnse of Franse versie van de naam Hrolf.
Rollo zou een zoon zijn van Rognvald Eysteinsson en Ragnhilda. Na de dood van zijn vader moest hij vluchten uit Noorwegen. Hij is eerst naar familie op de Orkney-eilanden getrokken, en daarna naar familie op de Hebriden. In deze tijd is hij met een onbekende Keltische vrouw getrouwd. Uiteindelijk vestigde hij zich in Deens Engeland. Van daaruit gaf hij leiding aan een gezamenlijk Deens-Noors-Engelse plundertocht in Groter-Friesland en langs de benedenloop van de Rijn.
In 885 was hij een van de aanvoerders van de Vikingen tijdens het beleg van Parijs. Nadat het beleg was opgeheven leidde hij een plundertocht door Bourgondië.
In 896 doodde hij graaf Berengar van Bayeux (markgraaf van Neustrië), die eerdere Vikingaanvallen had afgeslagen, en nam zijn dochter Poppa tot vrouw.
In 911 werd Rollo tijdens een nieuwe rooftocht verslagen bij Chartres. Koning Karel de Eenvoudige besloot echter zaken met Rollo te doen en gaf hem met het Verdrag van Saint-Clair-sur-Epte het gebied rond de Seine-monding in leen, met Rouen als hoofdstad. Rollo nam daarmee de verplichting op zich om de rivier (en dus de stad Parijs) te verdedigen tegen andere Vikingen. Rollo liet zich dopen, scheidde van Poppa en trouwde met Gisela – een dochter van Karel. Volgens de overlevering was er een groot protocollair probleem: om leenman te worden moest Rollo knielen voor de koning en zijn voet kussen maar hij weigerde dat te doen. Bij wijze van compromis zou een van zijn ondergeschikten dat doen, maar die wilde ook niet knielen maar bukte, pakte de voet van de koning en tilde die zover op dat de koning zijn evenwicht verloor en achterover viel. Rollo trouwde in 919 weer met Poppa nadat Gisela was overleden.
Rollo was driemaal gehuwd. Uit zijn eerste huwelijk met een onbekende Keltische vrouw kreeg hij:
- mogelijk Kadline, die met een Schotse koning zou zijn getrouwd
- mogelijk Niederga
Ongeveer 886 trouwde hij Poppa. Geboren rond 870, overleden na 919), dochter van Berengar van Bayeux. Rollo scheidde van haar in 912 maar ze hertrouwden in 919. Zij kregen de volgende kinderen:
- Willem I van Normandië ± 907 – 942 (Volgt 2a)
- Gerloc 917 – > 969 (Volgt 2b)
Het huwelijk met Gisela, buitenechtelijke dochter van Karel de Eenvoudige, bleef kinderloos.
Uit Wikipedia: Rollo de Noorman
2a. Willem I van Normandië
Geboren circa 907 te Picquigny, overleden op 17 december 942, ook Willem Langzwaard genoemd (in het Frans Guillaume Longue-Epée, in het oudnoors Viljâlmr Langaspjôt), was heerser over Normandië van 927 tot 942.
Willem was zoon van Vikingkoning Rollo en Poppa van Bayeux, dochter van markies Berengar van Neustrië, en christen. Willem volgde zijn vader al kort voor diens overlijden in 928 op, omdat die niet meer in staat was om te regeren, als jarl van de Vikingen aan de monding van de Seine. Als graaf van Normandië (Normandië werd pas later tot een hertogdom gemaakt) huldigde hij de koning van West-Francië. Hij steunde de Vikingen van de Loire tegen Bretagne, wat er uiteindelijk toe leidde dat Bretagne onder gezag van Normandië kwam te staan. Rond 931moest hij een opstand neerslaan van Noormannen die vonden dat Willem te veel was verfranst. In 935 sloot hij een politiek huwelijk met Liutgard van Vermandois, een dochter van Herbert II van Vermandois. Hij steunde in 936 de kroning van Lodewijk IV van Frankrijk maar koos al snel de kant van Hugo de Grote, en nam met hem deel aan de belegering van Reims en Laon. In 939 steunde Willem Herluinus II van Ponthieu die werd aangevallen door Arnulf I van Vlaanderen. Willem heroverde de strategisch gelegen stad Montreuil, die door Arnulf was bezet, en Herluinis huldigde Willem als zijn heer en stelde de Ponthieu onder zijn bescherming. Arnulf nodigde in december 942 Willem uit voor onderhandelingen te Picquigny. Daar aangekomen werd Willem echter door het gevolg van Arnulf vermoord, vermoedelijk door Arnulfs geadopteerde zoon (en onechte neef) Boudewijn van Cambrai.
Willem was volgens de more danico ook getrouwd met Sprota, een Bretonse.
Uit dit huwelijk een zoon:
- Richard I van Normandië (Volgt 3)
De “more danico” was het gewoonterecht van de Vikingen waardoor een man met meerdere vrouwen tegelijk getrouwd kon zijn, dit was dus geen kerkelijk huwelijk. Sprota hertrouwde met een rijke molenaar.
Het huwelijk met Liutgard van Vermandois bleef kinderloos.
Uit wikipedia: Willem I van Normandië
2b. Gerloc van Normandië
Geboren in 917, overleden na 969. Dochter van Rollo van Normandië en Poppa van Bayeux.
Zij was gehuwd met Willem III van Aquitanië. BijgenaamdTouwhoofd (omdat hij een wilde bos met haar had) of de Vrome. Geboren rond 910, overleden Saint-Maixent-l’École op 3 april 963. Hij was een zoon van Ebalus van Aquitanië (Zie Hertogen van Aquitanië nr. 4) en diens eerste echtgenote Aremburgis. Hij werd graaf van Poitiers, als Willem I, in opvolging van zijn vader, en vanaf 935, hertog van Aquitanië, als Willem III.
Kinderen:
- Willem IV 935 – 993 (Volgt Hertogen van Aquitanië nr. 6a) gehuwd met Emma van Blois
- Adelheid 952 – 1004 (Volgt Hertogen van Aquitanië nr.6b) gehuwd met Hugo Capet
- Irmingarde 955 – 995 (Volgt Hertogen van Aquitanië nr.6c) gehuwd met Giselbert de Roucy
Voor haar huwelijk liet Gerloc zich dopen en nam de naam Adela aan. Zij kreeg in 962 van koning Lotharius de bezittingen terug die Willem in 936 aan Hugo de Grote had moeten afstaan, om daar een klooster voor de heilige drie-eenheid te stichten.
3. Richard I van Normandië
Ook Richard zonder Vrees (Frans: Richard Sans Peur) genoemd. Geboren op 28 augustus 933, overleden te Fécamp, op 20 november 996. Hij was de eerste hertog van Normandië, van 942 tot 996.
Richard was een zoon van Willem I van Normandië en diens vrouw Sprota. Zijn grootvader Rollo was de eerste heerser van Normandië. Toen zijn vader stierf in 942 was Richard te jong om hem op te volgen. Koning Lodewijk IV van Frankrijk veroverde Normandië en Richard werd overgebracht naar Laon, zogenaamd voor zijn opvoeding. Met hulp van Osmund de Centeville, Bernard de Senlis (een vriend van Rollo), Ivo de Bellême en Bernard de Deen, wist Richard echter te ontsnappen. Ondertussen benoemde Lodewijk in 943 Herluinus II van Ponthieu, graaf van Montreuil (Pas-de-Calais) tot gouverneur van Normandië. Zelf bezette Lodewijk de Normandische gebieden ten noorden van de Seine. Hugo de Grote maakte gebruik van de situatie en bezette Gacé, Évreux en belegerde Bayeux. Normandisch verzet met hulp van Vikingen had nog weinig effect. In 945 wist Bernard de Deen echter Lodewijk en Hugo de Grote tegen elkaar uit te spelen: hij beloofde Lodewijk de volledige onderwerping van Normandië en beloofde tegelijk aan Hugo de Normandische hulp tegen Lodewijk. Hugo liet zich overhalen om acties tegen Lodewijk te beginnen. Tegelijk viel een nieuwe hulptroep van Vikingen Normandië binnen. Lodewijk viel aan, zonder steun van Hugo, en werd op 13 juli 945 verslagen bij de rivier de Dives. De Normandiërs wisten Lodewijk IV gevangen te nemen en droegen hem over aan Hugo de Grote, Herluinus van Ponthieu werd in de veldslag gedood. Na de veldslag wist Richard de rijksgroten over te halen om zijn bestuur en de zelfstandigheid van Normandië te erkennen.
In 946 viel Lodewijk opnieuw Richard aan, met hulp van Otto I de Grote, Arnulf I van Vlaanderen, Koenraad van Bourgondië en Alain of Alan II van Bretagne. Het bondgenootschap belegerde Richard in Rouen. De Normandiërs verdedigden zich fel en Richards agenten probeerden met valse geruchten verdeeldheid te zaaien onder de aanvallers. Daardoor trok eerst Arnulf en daarna ook Otto zich terug van het beleg, en moesten Lodewijk en zijn resterende bondgenoten zich ook terugtrekken. Bij hun terugtocht werden ze tot aan Amiens aangevallen door kleine Normandische eenheden. Met hulp van Harald I van Denemarken wist Richard in 947 Normandië definitief onder zijn gezag te brengen. Hij sloot een bondgenootschap met Hugo de Grote en verloofde zich met diens dochter Emma.
Richard erkende in 968 Hugo Capet als zijn leenheer en wordt een van de belangrijkste krachten achter zijn verkiezing tot koning, die uiteindelijk pas bijna twintig jaar later zou plaatsvinden. Gesteund door Hugo voerde Richard nog aanvallen op Vlaanderen en Vermandois uit. Ook had Richard een conflict met Æthelred II van Engeland omdat de buit van Vikingplundertochten in Engeland op grote schaal in Normandië werd opgekocht.
Richard was in zijn eerste huwelijk (960) getrouwd met Emma, dochter van Hugo de Grote , dit huwelijk bleef kinderloos.
Onder de more danico (gewoonterecht van de Vikingen waardoor een man met meerdere vrouwen tegelijk getrouwd kon zijn) had Richard ook een relatie met Gunnora. Geboren rond 950, overleden in 1031. Een vrouw van Viking-afkomst. Zij hadden de volgende kinderen:
- Richard II van Normandië (Volgt 4a)
- Robert de Deen (Volgt 4b)
- Mauger …. – ± 1035 Graaf van Mortain en Corbeil (door de rechten van zijn vrouw)
- Emma van Normandië, koningin van Engeland door haar huwelijken met Æthelred II en Knoet de Grote.
- Havise (Hedwig) (Volgt 4c)
- Mathilde (ovl. ca. 1015), getrouwd met Odo II van Blois. Uit dit huwelijk geen kinderen.
De more danico werd natuurlijk niet door de kerk erkend en als een heidense polygamie beschouwd. Richard en Gunnora zijn voor de kerk getrouwd om de benoeming (989) van hun zoon Robert tot aartsbisschop van Rouen mogelijk te maken. Bij die gelegenheid werden hun kinderen ge-echt.
Naast Gunnora had Richard nog een of meer andere vrouwen, die echter niet bekend zijn. Bij hen had Richard de volgende kinderen:
- Godfried van Brionne (ca. 953 – ca. 1015)
- Willem I van Eu 978 – 1057 (Volgt Graven van EU nr. 1)
- Robert van Avranches.
- Beatrix (ovl. 18 januari 1035- ), gehuwd met Ebles, burggraaf van Turenne. Volgens een legende heeft ze in de omgeving van Turenne op wonderlijke wijze een groep pelgrims bevrijd. Beatrix en Ebles scheidden en Beatrix werd abdis van de abdij van Montivilliers.
- onbekende dochter, gehuwd met Gilbert, lekenabt van Saint-Valery-en-Caux.
Uit Wikipedia: Richard I van Normandië
4a. Richard II van Normandië
Bijgenaamd de Goede. Geboren 963 of 966 te Fécamp, overleden op 23 augustus 1026.
Hij was de oudste zoon van Richard I van Normandië en van Gunnora van Normandië.
Richard volgde zijn vader op als graaf van Normandië in 996. Kort na zijn aantreden, in 996-997, diende hij het hoofd te bieden aan een boerenopstand. Zijn oom Rudolf van Ivry, sloeg de opstand genadeloos neer en liet de leiders van de rebellen de handen en voeten afhakken. Daarna steunde Richard koning Robert II van Frankrijk tegen de hertogen van Bourgondië.
Vikingen gebruikten het Cotentin-schiereiland als uitvalsbasis voor hun aanvallen op Engeland. In 1002 sloot Richard echter vrede met Engeland, en huwelijkte zijn zuster Emma uit aan koning Ethelred II van Engeland. In 1013 werd Ethelred verslagen door Sven Gaffelbaard en Richard bood hem, Emma en hun kinderen toevlucht in Normandië.
Nadat Boudewijn IV van Vlaanderen de Henegouwse stad Valencijn had ingenomen, maakte Richard deel uit van de coalitie onder leiding van keizer Hendrik II die Boudewijn – tevergeefs – bestreed. Hij zocht toenadering tot Odo II van Blois, aan wie hij zijn zuster Margaretha uithuwelijkte en de helft van Dreux als bruidsschat meegaf. Om het verlies van Dreux te compenseren liet hij de versterking Tillières oprichten, maar Odo II van Blois ging nog voor deze versterking afgewerkt was in de aanval. Een derde zuster trouwde met Godfried I van Bretagne, terwijl Richard met Godfrieds zuster trouwde.
In 1014 ontving hij Noorse en Zweedse Vikingen te Rennes en plunderde met hen de Atlantische kusten van Vlaanderen tot Spanje.
Richard organiseerde zijn graafschap en plaatste zijn eigen familie aan het hoofd van de graafschappen van Brionne, Ivry, Évreux, Mortain, Hiémois, Eu en de bisdommen Bayeux en Rouen en creëerde een aantal burggraafschappen. Hiermee had hij feitelijk een echt feodaal systeem opgezet. Een aanzienlijk aantal akten wijst ook op een functionerend administratief centrum. Richard nodigde de Italiaanse hervormer Willem van Volpiano met twaalf monniken uit om een abdij in Fécamp te stichten, waaruit snel andere abdijen werden gesticht. Richard werd begraven in de abdij van Fécamp.
Richard trouwde in het jaar 1000 in de abdij van Mont Saint-Michel met Judith van Bretagne (982 – 16 juni 1017), een zuster van Godfried I van Bretagne. Zij kregen de volgende kinderen:
- Adelheid 1000 – 1038 (Volgt 5a) Gehuwd met Reinout I van Bourgondië.
- Richard III ± 1008 – 1027 Hertog van Normandië van 24 augustus 1026 tot 6 augustus 1027.
- Robert de Duivel ± 1005 – 1035) (Volgt 5b) Hertog van Normandië 1027 -1035
- Eleonora ± 1010 – 1035 (Volgt 5c) Gehuwd met Boudewijn IV van Vlaanderen.
- Willem, monnik in Fécamp …. – 1025)
- Mathilde …. – 1033
Vervolgens verloofde Richard zich met Astrid, dochter van Sven Gaffelbaard, maar deze verloving werd verbroken en zij trouwde met een Deense edelman in Engeland.
In zijn tweede huwelijk trouwde Richard met Popa. Zij kregen de volgende kinderen:
- Willem van Arques (ovl. na 1054), graaf van Arques, ook graaf van Talou genoemd. Hij bouwde het kasteel van Arques-la-Bataille. Hij koos de zijde van koning Hendrik I van Frankrijk tegen, zijn neef, de minderjarige Willem de Veroveraar en was gedwongen om de rest van zijn leven in ballingschap door te brengen bij Eustaas I van Boulogne.
- Mauger (ovl. Guernsey, 1055), 1037 aartsbisschop van Rouen tot 1055 maar nooit gewijd. Afgezet door Willem de Veroveraar en verbannen naar Guernsey. Bronnen noemen verschillende redenen: steun aan zijn broer Willem, of zijn extravagante en weelderige levensstijl, of een conflict over de bloedverwantschap van Willem met zijn vrouw. Mauger stierf door verdrinking. Hij had een zoon Michel die na 1066 als edelman in Engeland wordt genoemd.
Uit Wikipedia: Richard II van Normandië
4b. Robert de Deen
(Frans: Robert le Danois) Geboren omstreeks 965 , overleden in 1037. Hij was aartsbisschop van Rouen (989-1037) en graaf van Évreux (996-1037).
Hij was de zoon van Richard I van Normandië (Zie Hertogen van Normandië nr. 3), en Gunnora, die van Scandinavische afkomst was.
Al op jonge leeftijd vertrouwde zijn vader hem het ambt van aartsbisschop van Rouen toe, hetgeen de belangrijkste kerkelijke titel binnen Normandië was. Na de dood van zijn vader in 996 werd zijn oudste broer Richard opvolgende graaf in Normandië en hij werd graaf van Évreux. Robert vond dat hij als graaf het recht had om te trouwen, en huwde met Herleva, waarschijnlijk de dochter van Turstin de Rijke.
Robert was dus een getrouwde aartsbisschop en zou zelfs kinderen krijgen. Hoewel het celibaat nog niet officieel door de kerk was ingesteld, waren huwelijken onder hoge geestelijken uitzonderlijk.
Robert en Herleva kregen de volgende kinderen:
- Richard van Évreux ± 1011 – 1067 (Volgt Graven van Évreux nr. 2)
- Rudolf …. – 1051 Heer van Gacé en Varenguebec, gehuwd met Basilie (ovl. 16 januari 1099/1100), dochter van Gerard Flaitel (ovl. voor 1047). Hun zoon Robert (ovl. ca. 1063) was heer van Gacé, na zijn dood verviel zijn leengoed aan de toenmalige hertog Willem de Veroveraar. Basilie hertrouwde met Hugo (III) van Gournay.
- Willem, gehuwd met Hawise, weduwe van Robert van Grantmesnil. Hawise had bij Robert zes kinderen gekregen. Willem en Hawise kregen een dochter Judith (ovl. 1076). Haar halfbroer, abt Robert van Grantmesnil van Saint-Evroul-sur-Ouche, was haar voogd. Toen die in conflict kwam met Willem de Veroveraar, vluchtte hij met Judith naar de Normandiërs in Italië. In november 1061 trouwde ze in San Martino d’Agri met Rogier van Hauteville die daarna Sicilië veroverde en in 1071 graaf van dat eiland werd.
- Wouter
Robert had ook nog een buitenechtelijk kind:
- Rudolf van Vacé, een van de moordenaars van Gilbert van Brionne en een opvoeder van Willem de Veroveraar.
Uit Wikipedia: Robert de Deen
4c. Havise (ook Hedwig genoemd)
Overleden op 21 februari 1034), gehuwd met Godfried I van Bretagne. Geboren rond 980, overleden 20 november 1008. Hertog van Bretagne en graaf van Rennes.
Hij was de oudste zoon van Conan I van Bretagne (Zie Hertogen van Bretagne nr. 2) en Ermengarde-Gerberga van Anjou, dochter van Godfried I van Anjou (Zie Graven van Anjou nr. 7a)
Hij was graaf van Rennes (heerser van het Romeins-Frankische civitas van Rennes), met recht van opvolging. In 992 nam hij de titel van hertog van Bretagne , die lange tijd een onafhankelijke staat was geweest.
Kinderen:
- Alan III van Bretagne 997 – 1040 (Volgt Hertogen van Bretagne nr. 4a)
- Evenus ± 998 – > 1037
- Emma de Bretagne de Rennes ± 1005 – …. (Volgt Hertogen van Bretagne nr. 4b)
- Odo, Graaf van Penthièvre …. – 1079
- Adela, abdis van Saint-Georges
5a. Adelheid van Normandië
Geboren rond 1000, overleden in 1038. Dochter van hertog Richard II van Normandië en Judith van Bretagne.
Gehuwd met Reinout I van Bourgondië. Graaf van Bourgondië (1026-1057). Geboren in986, overleden in 1057. Hij was de tweede zoon van Otto Willem van Bourgondië (Zie Graven van Bourgondië nr. 1) en Ermentrudis van Roucy, dochter van Ragenold van Roucy (Zie Graven van Roucy nr. 1).
Kinderen:
- Willem I (Volgt Graven van Bourgondië nr. 3)
- Guy (ovl. na 1069), tegenkandidaat van een Normandische adelsfractie voor de hertogstitel (aanspraken via zijn moeder) tegen Willem de Veroveraar (die een bastaard was). Guy werd opgevoed in Normandië en bezat kastelen in Brionne en Vernon (Eure). In 1046 probeerde hij tevergeefs om Willem te ontvoeren en in 1047 werd hij verslagen in de slag bij Val-lès-Dunes. Hij wist zich drie jaar lang nog te verschansen in zijn kastelen en maakte toen gebruik van de hem geboden vrije aftocht. Eerst verbleef hij nog aan het hof van Godfried II van Anjou en keerde daarna terug naar Bourgondië. Tot zijn dood heeft hij complotten gesmeed tegen zijn broer, om zijn macht en bezittingen over te kunnen nemen.
- Hugo
- mogelijk Fulco
5b. Robert de Duivel
Ook de Schitterende genoemd Geboren omstreeks 1005, overleden te Nicea (Turkije) op 2 of 22 juli 1035. Hij was hertog van Normandië en de vader van Willem de Veroveraar. Hij was de zoon van hertog Richard II van Normandië en Judith, dochter van Conan I van Bretagne. Na de dood van zijn vader volgde zijn oudere broer Richard hem op als hertog van Normandië, terwijl Robert graaf van Hiémois werd. Richard stierf in 1027, hij werd vermoedelijk vergiftigd, en werd opgevolgd door Robert. De plotselinge dood van zijn broer terwijl hij zelf belanghebbende was als erfgenaam, maakte Robert wel verdacht en leverde hem de bijnaam “de Duivel” op. “Robert de Duivel” is ook een figuur uit sprookjes. Robert nam op grote schaal kerkelijke bezittingen in beslag om te verdelen onder zijn vazallen en zo hun trouw te verzekeren. Daardoor kwam hij in conflict met de bisschop van Bayeux en zijn oom Robert de Deen, aartsbisschop van Rouen, maar hij wist hun verzet te breken.
Robert steunde in 1028 Boudewijn IV van Vlaanderen tegen zijn opstandige zoon, Boudewijn V van Vlaanderen en verwoestte het kasteel van Chocques. In de strijd van de toenmalige koning Hendrik I van Frankrijk tegen diens broer en moeder steunde Robert in 1031 de koning, waarvoor deze hem beloonde met het grondgebied van Vexin. In dat jaar bood hij onderdak aan Eduard de Belijder die Engeland was ontvlucht. Een poging om Eduard met een vloot te helpen tegen de Denen in Engeland mislukte door een storm. Robert gebruikte toen de vloot om de hertog van Bretagne te onderwerpen, die probeerde om zich aan de Normandische invloed te onttrekken. Robert stichtte de abdij van Cerisy-la-Forêt, van Montivilliers en die van Sainte-Trinité te Rouen.
Nadat hij zijn zoon Willem tot zijn erfgenaam had aangesteld, ging hij op bedevaart naar Jeruzalem. Volgens de Gesta Normannorum Ducum reisde hij via Constantinopel en werd daar ontvangen door Michaël IV Paphlagon. Hij bereikte Jeruzalem en stierf op de terugreis in Nicea op 22 juli 1035. Robert werd daar begraven in de Maria-kerk. Sommige bronnen schrijven zijn dood toe aan vergif en dateren het op 2 juli. Zijn zoon Willem, acht jaar oud, volgde hem op.
Volgens de historicus William van Malmesbury verzond Willem rond 1086 een gezantschap naar Constantinopel en Nicaea om het lichaam van zijn vader terug te brengen naar Normandië om het daar te begraven. De toestemming om het lichaam mee te nemen werd verkregen, maar tijdens de terugtocht door Apulië (Italië) kwam het bericht dat Willem was overleden. De leden van missie besloten toen het lichaam van Robert in Italië te begraven.
Robert de Duivel had een verbintenis (niet-kerkelijk huwelijk volgens de “more Danico”, het gewoonterecht van de Vikingen) met Herleva van Falaise. Geboren omstreeks 1005, overleden rond 1050. Dochter van Fulbert van Falaise en Doda.
Kinderen:
- Willem de Veroveraar 1028 – 1087 (Volgt 6a)
- Adelheid van Normandië 1026 – 1090 (Volgt 6b)
Uit Wikipedia: Robert de Duivel
5c. Eleonora
Geboren rond 1010, overleden op 23 december 1035. Dochter van hertog Richard II van Normandië en Judith van Bretagne.
Zij was gehuwd met Boudewijn IV bijgenaamd met de Baard. Geboren circa 980, overleden 30 mei 1035. Zoon van Arnulf II (Zie Graven van Vlaanderen nr. 5a) en Rosela van Italië, dochter van Berengarius II van Italië (Stamreeks Karel de Grote XV nr. 6), de door keizer Otto I onttroonde koning van Italië.
Hij was graaf van Vlaanderen van 988 tot aan zijn dood.
Kinderen:
- Boudewijn V van Rijsel (Volgt Graven van Vlaanderen nr. 7)
- Ermengarde
- waarschijnlijk nog een dochter, later echtgenote van Reinier van Leuven, zoon van Lambert I van Leuven
6a. Willem de Veroveraar
Geboren te Falaise circa 1028, overleden op overleden 9 september 1087.
Hij was de eerste Normandische Koning van Engeland van Kerstmis 1066 tot zijn dood. Hij was ook Hertog van Normandië van 3 juli 1035 tot zijn dood, onder de naam Willem II. Vóór zijn verovering van Engeland, stond hij bekend als Willem de Bastaard omdat hij een buitenechtelijk kind was. Om zijn aanspraken op de Engelse kroon kracht bij te zetten viel Willem in 1066 Engeland binnen. Hij leidde een leger van Normandiërs, Bretons, Vlamingen en Fransen (van Parijs en Île-de-France) naar de overwinning op de troepen van de Engelse Koning Harold II in de Slag bij Hastings. De daaropvolgende Engelse opstanden werden door hem onderdrukt in wat bekend is geworden als de Normandische verovering van Engeland.
Willem was de buitenechtelijke zoon van Robert de Duivel en Herleva, dochter van een leerlooier genaamd Fulbert. Hij werd geboren in het Normandische Falaise, zo’n 30 km ten zuiden van Caen. Zijn vader werd ervan verdacht aan de macht te zijn gekomen na zijn oudere broer te hebben vergiftigd. Vermoedelijk om die reden ging Robert in 1034 op een pelgrimstocht naar Jeruzalem. Voor zijn vertrek liet hij de Normandische edelen hun trouw zweren aan Willem. Hoewel Willem buitenechtelijk was, was dit niet vreemd omdat in Normandië nog altijd het oude gewoonterecht van de Vikingen gold (de “more Danico”) waardoor een man meerdere vrouwen kon hebben, en hun kinderen wettige erfgenamen waren. Willems politieke tegenstanders zouden wel dit gegeven zijn leven lang tegen hem blijven gebruiken. Robert overleed tijdens zijn pelgrimstocht in 1035, en Willem volgde hem op als hertog van Normandië. Willem was toen nog geen tien jaar oud en de werkelijke macht lag bij zijn hovelingen, in het bijzonder bij zijn voogden. Er werd door de Normandische adel fel om deze posities gevochten en meerdere voogden sneuvelden of werden vermoord. Ook werden meerdere aanslagen op Willem zelf gepleegd.
In 1044/1045 steunde Normandië koning Hendrik I van Frankrijk tegen Godfried II van Anjou. Willem zal rond deze tijd meerderjarig zijn geworden (16 jaar oud). Hij werd in 1046 nog geconfronteerd met een gevaarlijke opstand van een deel van de Normandische adel die zijn neef Guy (zoon van zijn tante Adelheid van Normandië (1005-1038)) tot hertog wilden uitroepen. Willem vluchtte naar het hof van Hendrik. In 1047 keerde hij samen met Hendrik terug en versloeg zijn tegenstanders in een twee dagen durende veldslag bij Val-es-Dunes, aan de rivier de Orne bij Caen. Veel van zijn vluchtende tegenstanders werden gedood, het rad van een watermolen in de Orne zou door lijken zijn verstopt. Willem had nog drie jaar nodig om Guy en zijn aanhangers te onderwerpen. Hij gebruikte de Godsvredebeweging daarbij als een belangrijk hulpmiddel. Willem veroverde het opstandige Alençon en liet de handen van de burgers afhakken als straf omdat ze tijdens het beleg dierenhuiden aan de muren hadden gehangen, als verwijzing naar de nederige afkomst van Willems moeder die dochter van een leerlooier was. Nadat hij ook enkele veldtochten tegen Maine had gevoerd, was zijn positie als hertog verzekerd. Willem koos Caen als zijn hoofdstad en begon zijn regering als hertog.Als jonge hertog werkte Willem gestaag aan het versterken van zijn macht en onafhankelijkheid. In 1051 of 1052 bezocht hij in Londen zijn achterneef Eduard de Belijder, koning van Engeland, die als jonge man voor zijn eigen veiligheid een tijd aan het Normandische hof had geleefd. Eduard was toen in conflict met zijn machtigste earl, Godwin van Wessex. Willem beweerde later dat Eduard, die kinderloos was, hem bij deze gelegenheid de Engelse troon had beloofd.
In 1053 bevestigde Willem de goede banden met Vlaanderen door een huwelijk in de kathedraal van Eu (Seine-Maritime) met zijn achternicht Mathilde van Vlaanderen, verwant in de vijfde graad. Dit huwelijk was zowel voor de paus (wegens bloedverwantschap) als voor koning Hendrik (wegens het machtige verbond tussen Normandië en Vlaanderen) niet te accepteren. Hendrik probeerde in 1054 en in 1056 Willem met een leger te onderwerpen, maar werd beide keren door Willem verslagen. Toen de paus in 1059 alsnog instemde met het huwelijk en Willem in 1062 ook nog Maine wist te veroveren, was zijn succes compleet.
In 1064 leed Harold, zoon van Godwin van Wessex, schipbreuk op de kust van Ponthieu. Harold werd door de lokale heer gevangengenomen maar Willem zorgde voor zijn vrijlating en ontving Harold als zijn gast. Harold zou hebben deelgenomen aan een veldtocht van Willem en verloofde zich met Willems dochter Adelheid. Willem liet Harold zweren dat hij zijn aanspraken op de Engelse troon zou ondersteunen. Harold verklaarde later dat die eed onder dwang was afgelegd, en daarom niet geldig was. Na het overlijden van de kinderloze Eduard de Belijder (4 januari 1066), werd Harold door de witenagemot evenwel zelf tot koning uitgeroepen.
Engeland was een goed georganiseerd koninkrijk met goed werkende belastingheffingen. Vooral dat laatste maakte het voor Willem aantrekkelijk om zijn aanspraken op de troon door te zetten. De verschijning van de komeet van Halley in april 1066 zag hij als een goed voorteken. Hij kreeg hulp van edelen uit Bretagne, Vlaanderen en het hele westen van Frankrijk en verzamelde een vloot van bijna 700 schepen. Harold stationeerde een leger en een vloot in het zuiden van Engeland om deze dreiging het hoofd te kunnen bieden maar op 8 september moest hij, gedwongen door de wet, zijn leger ontbinden en zijn vloot op Londen terugtrekken. Harolds leger bestond vooral uit dienstplichtige boeren, die bij het aanbreken van de oogsttijd het recht hadden om het leger te verlaten. Willem was juist door slecht weer vertraagd: zijn expeditie was vertrokken uit de Divesmonding maar had enkele weken moeten schuilen in de Sommemonding. Daardoor landde hij pas op 28 september 1066 bij Pevensey op de Engelse kust, zonder tegenstand te ontmoeten. Willem bleef aan de kust en bouwde bij Hastings een kasteel dat hij in kant-en-klare onderdelen uit Normandië had meegenomen, als verdediging tegen een mogelijke aanval over zee.
Harold was toen met zijn kleine beroepsleger ver weg in York, waar hij Harald III van Noorwegen en zijn eigen broer Tostig Godwinson had verslagen in de slag van Stamford Bridge. Na het nieuws van de Willems landing trok hij in haast naar het zuiden, waarbij hij onderweg zo veel mogelijk troepen verzamelde. Op 14 oktober vond de slag bij Hastings plaats, waarbij na een dag van zware gevechten Harold werd gedood en Willem de overwinning behaalde.
De slag bij Hastings was nog lang niet de definitieve beslissing. De Engelsen kozen Edgar Ætheling als koning. Willem trok via Dover en Canterbury naar Londen. Hij probeerde via London Bridge de stad te veroveren maar deze aanval werd afgeslagen. Willem liet versterkingen uit Normandië komen en stak de Theems over. Een nieuwe aanval op Londen lukte wel. Op 25 december werd Willem in de Westminster Abbey tot koning gekroond. Zijn verovering is het onderwerp van het beroemde Tapijt van Bayeux.
Willem werd voortdurend met Engelse opstanden geconfronteerd, wat in 1068 uitliep op een grote opstand in Mercia en Northumbria onder leiding van Edgar. Edgar werd verslagen en vluchtte naar Schotland, waar zijn zuster trouwde met koning Malcom III. Northumberland kwam weer in opstand en York werd veroverd. De opstand werd gesteund door een inval uit Schotland en Denemarken (ook de Deense koning maakte aanspraken op de Engelse kroon). De opstandelingen kwamen tot Lincoln maar werden daar gestuit en uiteindelijk in Yorkshire verslagen. Willem begon toen een campagne van verschroeide aarde in het noorden van Engeland (de zogenaamde Harrying of the North) wat tot grote hongersnood en ontvolking leidde. De gevolgen daarvan waren 100 jaar later nog merkbaar en zelfs de paus zou Willem hebben vermaand over de behandeling van zijn onderdanen. De adel in het noorden werd op grote schaal vervangen door Willems volgelingen en de Denen werden afgekocht en gingen naar huis. In 1072 viel Willem Schotland binnen en sloot uiteindelijk een verdrag met Malcolm. Edgar gaf zich over in 1074. De laatste echte opstand in Engeland was vooral een opstand van Normandische edelen, hoewel de laatste Saksische earl Waltheof II van Northumbria ook aan de opstand deel nam en er weer steun was vanuit Denemarken. Willem was ten tijde van deze opstand in Normandië maar de opstand werd neergeslagen door zijn halfbroer Odo van Bayeux.
Willem introduceerde het feodale stelsel in Engeland, en benoemde veel Franse edelen in Engelse posities. Daarbij gaf hij ze bezittingen die over grote gebieden waren versnipperd zodat ze geen echte machtsbasis konden opbouwen. Hij bouwde ongeveer 80 kastelen, waaronder de Tower of London. In 1085 liet Willem het Domesday Book opstellen met een gedetailleerde inventarisatie van bezittingen in land en vee, voor een doelmatige belastingheffing en om de nieuwe bezitsverhoudingen permanent vast te leggen. Tegen deze tijd had de oorspronkelijke Angelsaksische adel en geestelijkheid nog maar 8% van het land in bezit. De Normandiërs drukten ook qua recht, cultuur en architectuur gedurende de volgende eeuwen een sterk stempel op Engeland.
Opmerkelijk aan de verovering van Engeland is dat deze trekken heeft van een commerciële onderneming. In de Normandische administratie werd vastgelegd wat ieders bijdrage in schepen aan Willems invasievloot was geweest. Er bestaat een zichtbaar verband tussen de grootte van deze investeringen en de grootte en het belang van de Engelse functies en bezittingen die deze investeerders na 1066 kregen toebedeeld.
In 1076 dreigde een oorlog tegen Bretagne maar onder druk van koning Filips I van Frankrijk werd een vrede bereikt die werd bezegeld door de verloving van Willems dochter Constance met Alan IV van Bretagne, de erfgenaam van de hertog van Bretagne.
Willems zoons kregen grote ruzie met elkaar in 1079. Robert, de oudste, werd door zijn broers in een modderpoel gegooid. De ruzie die hieruit voortvloeide leidde tot een complete oorlog waarin Willem aan de kant van zijn jongere zoons kwam te staan. Robert had een sterke positie in Normandië en Willem kon hem alleen maar bedwingen met hulp van koning Filips. Willem werd zelfs tijdens een veldslag door Robert uit zijn zadel geworpen en verwond, omdat Robert hem niet herkende. Willem moest zich terugtrekken in Rouen om te herstellen. Zijn vrouw Mathilde wist in 1080 een vrede te bemiddelen in de familie.
Willem liet in 1080 zijn halfbroers nog aanvallen uitvoeren op Schotland en Northumbria maar in 1082 zette hij zijn halfbroer Odo van Bayeux gevangen, en liet hem later weer vrij.
Van Willem is één bot bewaard gebleven. Op basis daarvan wordt geschat dat Willem ongeveer 1,75 m groot en sterk gespierd was. Daarmee was hij vrij lang voor zijn tijd maar zijn gespierde bouw was niet zo bijzonder: middeleeuwse ridders moesten heel sterk zijn om met succes in hun zware wapenrusting met hun zware wapens te kunnen vechten. Bekend is dat Willem vanaf zijn paard de boog kon hanteren en dat hij zijn hele leven een goede gezondheid had. Wel werd hij op latere leeftijd erg dik, zodat hij volgens de Franse koning wel op een zwangere vrouw leek.
In de zomer van 1087 viel Willem van zijn paard tijdens het beleg van Mantes en liep door de klap tegen zijn zadelknop inwendige verwondingen in zijn buik op. Na vijf weken van grote pijn bezweek hij. Op zijn doodsbed heeft hij zijn meeste tegenstanders begenadigd. Willems lichaam werd naar Caen vervoerd voor de begrafenis in de Stephanusabdij. Maar hij was behoorlijk dik en zijn lichaam was door de warmte bovendien opgezet. Bisschoppen probeerden zijn lichaam in de voor hem bestemde sarcofaag te proppen maar daarbij barstte zijn buik open en werd de kerk met een ondraaglijke stank vervuld. Bij Willems begrafenis bleek dat het land van het graf nog niet was betaald en de eigenaar eiste betaling van 60 schellingen voordat de begrafenis door kon gaan. Het bedrag werd ter plekke door zijn zonen voldaan.
Willem was gehuwd met Mathilde van Vlaanderen. Geboren circa 1031, overleden te Caen op 2 november 1083. Zij was een dochter van Boudewijn V van Vlaanderen (Zie Graven van Vlaanderen nr. 7) en van Adelheid van Frankrijk, Dochter van Koning Robert II van Frankrijk (Zie Capetingers, Koningen van Frankrijk nr. 9).
- Robert Curthose ± 1054 – 1134 Hertog van Normandië. Overleden in gevangenschap. Geen kinderen.
- Richard ± 1055 – ± 1080 Verongelukt tijdens de jacht in New Forest.
- Adelheid Verloofd met Harold Godwinson, maar niet met hem getrouwd, non in Préaux.
- Mathilde …. – 1113 Abdis van la Trinité te Caen.
- Cecilia …. – ± 1127 Abdis van la Trinité te Caen als opvolgster van Mathilde.
- Willem Rufus 1060 – 1100 Koning van Engeland.Tijdens jachtpartij dodelijk getroffen door pijl. Geen kinderen.
- Constance …. – 1090 Getrouwd met Alan IV van Bretagne. Zij hadden geen kinderen.
- Agatha …. – < 1080 Verloofd met Alfons VI van Castilië. Overleden vóór het huwelijk plaats kon vinden.
- Adela 1062 – 1137 (Volgt 7) Gehuwd met Stefanus II van Blois.
- Hendrik Beauclerc 1068 – 1135 Koning van Engeland (Volgt Koningen van Engeland II nr. 7b)
Uit Wikipedia: Willem de Veroveraar
–
6b. Adelheid van Normandië (ca. 1026 – ca. 1090) was een buitenechtelijke dochter van Robert de Duivel, hertog van Normandië en Herleva van Falaise, de dochter van Fulbert. Zij was een zuster van Willem de Veroveraar en suo jure (op eigen titel) gravin van Aumale.
Zij trouwde 1e met Engelram II van Ponthieu, heer van Aumale (Volgt Graven van Ponthieu nr. 4a).
Dochters:
- Adelheid
- Hélissende Gehuwd met Hugo II van Saint-Pol (Volgt Graven van Saint-Pol nr. 2)
- Judith van Boulogne ± 1050 – …. (Volgt Graven van Boulogne nr. 9b)
- Boudewijn van Boulogne 1065 – …. (Volgt Graven van Boulogne nr. 9c)
Zij trouwde 3e met graaf Odo II van Champagne.
Zij hadden een zoon:
- Steven
Uit Wikipedia: Adelheid van Normandië
7. Adela van Engeland
Geboren in Normandië, circa 1062, overleden Marcigny-sur-Loire, op 8 maart 1137. Zij was de jongste dochter van Willem de Veroveraar en huwde in 1081 te Breteuil met Stefanus II van Blois (Hendrik ‘de Wijze’).
Geboren 1045, overleden te Ramla op 19 mei 1102. Hij was graaf van Blois, Chartres, Dunois en Meaux, en was één van de leiders van de Eerste Kruistocht.
Hij was de oudste zoon van Theobald III van Blois (Zie Graven van Blois nr. 5) en zijn, vrij snel verstoten, eerste echtgenote Garsende van Maine (Zie Graven van Maine nr. 5).
Adela had in haar jeugd een goede opleiding gehad: ze beheerste Latijn en had een brede interesse. In de periode 1095-1098 was ze regentes van het grote feodale bezit van haar man, toen die deelnam aan de Eerste Kruistocht. Omdat Stefanus de kruistocht voortijdig had verlaten, zette Adela hem ertoe aan om deel te nemen aan de kruisvaart van 1101. Adela werd opnieuw regentes en Stefanus sneuvelde in het Heilige Land; Adela bleef tot 1107 regentes. Als regentes stuurde ze in 1101 honderd ridders om Filips I van Frankrijk te helpen bij het beleg van Montmorency (Val-d’Oise). In 1105 bemiddelde ze in een conflict tussen paus Paschalis II en haar broer Hendrik I van Engeland en in 1107 ontving ze de paus te Chartres. Ze onterfde haar zoon Willem omdat die onbekwaam was, en benoemde haar volgende zoon Theobald tot opvolger van zijn vader. Ook na haar aftreden als regentes bleef ze zich met intensief met het bestuur bemoeien. In 1113 en 1118 bemiddelde ze nog in conflicten tussen Hendrik en Theobald enerzijds, en Lodewijk VI van Frankrijk anderzijds. Adela trad als non in het klooster van Marcigny in 1120 en overleed daar 17 jaar later. Adela werd begraven in de abdij van Heilige Drie-eenheid te Caen.
Adela maakte een cultureel centrum van Chartres. Ze correspondeerde met Ivo van Chartres, Anselmus van Canterbury, Hildebert van Laverdin en Hugo van Fleury. De dichter Baudri van Bourgueil was een van haar bestuurders. Volgens zijn beschrijving had haar ontvangstkamer wandtapijten met scènes uit Genesis, de Griekse mythologie en een kleinere versie van het tapijt van Bayeux, was het plafond beschilderd met sterren en tekens van de dierenriem en was op de vloer een wereldkaart weergegeven. Zij betoonde zich zeer edelmoedig voor abdijen en kerken.
Adelheid en Stefanus kregen de volgende kinderen:
- mogelijk Humbert, graaf van Vertus
- Willem I van Sully, graaf van Chartres en door zijn vrouw graaf van Sully. Dwong in 1103 de burgers van Chartres tot een eed dat zij de bisschop van Chartres zouden doden. Werd onterfd omdat hij onbekwaam zou zijn voor het bestuur en behield alleen het graafschap Sully
- Theobald IV ….-1152 (Volgt Graven van Blois nr. 7)
- Odo
- Mathilde (?-1120), in 1115 gehuwd met Richard van Avranches, graaf van Chester, verdronken bj het vergaan van het White Ship.
- mogelijk Agnes, gehuwd met Hugo III van Puiset (?-1132), burggraaf van Chartres.
- mogelijk Adela, in 1112 gehuwd met Miles van Montlhery, burggraaf van Troyes (?-1118), gescheiden in 1113.
- Eleonora, gehuwd met graaf Roeland I van Vermandois (?-1152).
- Stefanus van Blois, koning van Engeland. (Volgt Koningen van Engeland nr. 8a)
- mogelijk Alice, gehuwd met Reinout III van Joigny
- Hendrik (ovl. 1171), kapelaan van keizerin Mathilde van Engeland. Werd in 1118 door keizer Hendrik V benoemd tot bisschop van Verdun maar dit stuitte op verzet van de paus. Toen de paus eindelijk akkoord ging, verzette keizer Hendrik zich weer tegen de benoeming. Dit leidde tot gewapende conflicten en Hendrik kon ternauwernood uit Verdun ontsnappen door de Maas over te zwemmen. Hendrik werd monnik in Cluny en later abt van Bermondsey. In 1124 werd een vrede bereikt en werd Hendrik weer bisschop van Verdun. In 1126 werd hij ook abt van Glastonbury. Hendrik gaf in 1129 het bisdom van Verdun op, en werd bisschop van Winchester. In 1136 werd hij benoemd tot aartsbisschop van Canterbury.
Uit Wikipedia:
Adela van Engeland
Vermeldingen over de Hertogen van Normandië:
Wikipedia – Hertogen van Normandie
Terug naar: