Nazaten Graven van Northumbria

Northumbria

Het graafschap Northumbria was een graafschap in het noorden van Engeland. Het graafschap ontstond toen de koningen van Wessex het koninkrijk Jorvik in 954 inlijfden.
De koningen van Wessex veroverden het gebied van Jorvik terug van de Vikingen, maar hij wist het gebied niet te behouden. Het gebied werd na Schotse invallen verdeeld tussen het Engeland en Schotland waardoor het territorium van het graafschap gereduceerd tussen de rivieren de Humber en de Tweed. Het koninkrijk Schotland verkreeg het gebied ten noorden van de Tweed nadat het de Slag bij Carham in 1018 won.
De relatieve onafhankelijkheid van het graafschap veranderde toen Willem de Veroveraar in 1066 koning van Engeland werd. Hij besefte dat hij de controle over het graafschap Northumbria nodig had, dat in de praktijk altijd onafhankelijk was gebleven van de koning van Engeland, om zich te verdedigen van een Schotse invasie.

Siward1. Siward van Northumbria
Geboren circa 1015 – overleden York (Engeland), 26 maart 1055.
Hij was een Deense edelman die een belangrijke rol speelde in het bestuur van het noorden van Engeland.
Siward was kort na 1030 graaf van York. Hij was getrouwd met Aelfled, dochter van Ealdred, earl van Bamburgh. Ealdred werd in 1038 vermoord en werd opgevolgd door zijn broer Eadwulf. Siward doodde Eadwulf in 1041 en werd zelf earl van Northumbria. In datzelfde jaar voerde hij een vergelding uit tegen Worcester (Engeland) wegens een aanval op belastinggaarders. Siward steunde samen met Godwin van Wessex en Leofric van Mercia, koning Eduard de Belijder om de koninklijke schat af te nemen van zijn moeder Emma van Normandië. Siward was nu onbetwist de sterke man in het noorden van Engeland en na Godwin en Leofric werd hij steeds als derde van de belangrijkste edelen van Engeland genoemd in oorkonden. In 1045 dwong hij de geestelijken van Durham (Engeland) om bisschop Aethelric te accepteren, die ze eerder hadden verdreven. In 1051 steunde hij samen met Leofric, koning Edward om Godwin te verbannen maar stond een jaar later weer toe dat Godwin weer terug kwam. In 1054 versloeg Siward koning Macbeth van Schotland. Hij overleed het volgende jaar in York, vermoedelijk aan dysenterie. Voor zijn dood trok hij nog zijn wapenrusting aan omdat hij niet “als een koe” wilde sterven.

Siward stichtte aan de heilige Olaf II van Noorwegen gewijde kerken in York en Heslington. Hij werd begraven in de Mariakerk te York.

Volgens de overlevering was Siward zoon van Bjorn, die van een ijsbeer zou afstammen, en zou Siward op zijn reis van Denemarken naar Engeland enkele draken hebben verslagen. Hij was getrouwd met Aelfled, dochter van Ealdred, zoon van Uhtred. Siward en Aelfled kregen twee zoons:

  • Osbeorn, gesneuveld in de oorlog tegen Schotland op 27 juli 1054
  • Waltheof II van Northumbria (Volgt 2)

2. Waltheof van Northumbria
Geboren circa 1050 – overleden Winchester, 31 mei 1076) was de laatste Angelsaksische earl.

Waltheof was de zoon van Siward van Northumbria en Aelfled. Bij de dood van zijn vader was hij te jong om hem op te volgen daarom werd Tostig Godwinson in zijn plaats benoemd. Toen koning Harold II van Engeland Tostig verbande in 1065, werd Waltheof tot earl van Huntingdon benoemd. Hij vocht mee in de de slag van Stamford Bridge waar Tostig met een leger van Vlaamse huurlingen en Noorse bondgenoten werd verslagen. Ook zou Waltheof hebben meegevochten in de slag bij Hastings en door te vluchten aan de dood zijn ontsnapt.

Kort na de slag bij Hastings, nog in 1066, bereikte Waltheof een akkoord met Willem de Veroveraar, en hij behield zijn positie als earl. In 1069 steunde Waltheof echter een Deens leger dat York belegerde. Opnieuw kwam het tot een verzoening tussen Waltheof en Willem. Waltheof kocht de Denen af, die terugkeerden naar huis, en trouwde met Willems nicht Judith van Lens, dochter van Lambertus van Boulogne (Zie Graven van Boulogne nr. 8b) en Adelheid van Normandië (Zie Hertogen van Normandië nr. 6b). In 1072 wist hij zijn neef Gospatrick te laten verbannen en verwierf diens functie van earl van Northumbria. Waltheof liet in 1074 de familie uitmoorden waarmee zijn schoonfamilie al generaties een bloedvete had en die zijn schoonvader hadden vermoord. In 1074 nam hij deel aan een samenzwering tegen Willem met enkele Normandische earls. Waltheof kwam tot inkeer, vertelde Willem over de samenzwering en vroeg om genade. Maar Waltheof had zijn gunsten bij Willem al verbruikt en werd ter dood veroordeeld. Na een jaar gevangenschap werd hij in Winchester onthoofd. Zijn lichaam werd in een kuil geworpen maar later begraven in Croyland Abbey. Vanaf 1092 werd zijn graf tijdelijk een perlgrimsoord omdat er wonderbaarlijke genezingen zouden plaatsvinden, met name van blinden.

Waltheof en Judith hadden de volgende kinderen:

  • Maud van Northumbria (Volgt 3)
  • Adelisa (ca. 1075 – na 1125), gehuwd met Rudolf van Tosny. Andelisa erfde bezittingen in Essex en deed een schenking aan de Holy Trinity kerk in Londen waar haar zoon Hugo was begraven. Adelisa en Rudolf waren ouders van: Rogier van Tosny (heer van Tosny en Concques), Hugo (jong overleden), Simon, Isabella gehuwd met Walter FitzRichard van Tonbridge, Margaret gehuwd met Walter FitzRichard van Clifford, Godechilde gehuwd met Robert van Neubourg.

Judith gaf getuigenis tegen Waltheof tijdens het proces in 1075. Zij stichtte de abdij van Elstow en meerdere kerken. Als weduwe verloofd met Simon van Senlis maar ze vluchtte om niet te hoeven trouwen. Als straf ontnam Willem de Veroveraar al haar bezittingen. Simon zou met haar dochter Maud trouwen.

3. Maud van Northumbria, ook Mathilde
Geboren circa 1073 – overleden 1130/1131. Ze was een dochter van Waltheof II van Northumbria en Judith van Lens.
Zij was 2e gravin van Huntingdon en Koningin-gemalin van Schotland. Ze was een dochter van Waltheof II van Northumbria en Judith van Lens. Ze kreeg het graafschap Huntingdon van haar vader toebedeeld en huwde twee keer.

Simon I de Senlis zou met Mauds moeder Judith huwen, maar die weigerde. Dit maakte koning Willem I van Engeland woedend en hij pakte haar landerijen af en gaf die aan Maud die in 1090 wel met De Senlis trouwde. in 1090 en samen kregen ze de volgende  kinderen:

  • Simon II de Senlis, earl van Huntingdon en Northampton, stichter van de abdij van St Andrews in Northampton, waar hij ook is begraven. Gehuwd met Isabella, dochter van Robert II van Beaumont. Ouders van Simon III, earl van Huntingdon en Northampton, en een aantal dochters.
  • Matilda de Senlis, gehuwd met Robert de Clare en daarna met Saher de Quincy.
  • Waltheof de Senlis, 1148 abt van Melrose
  • een onbekende dochter

De Senlis overleed in 1109, en Maud hertrouwde met koning David I van Schotland, met hem kreeg ze de volgende kinderen:

  • Malcolm, op jonge leeftijd vermoord door een klerk
  • Hendrik van Schotland (1115 – 1152), 3e graaf van Huntingdon (Volgt 4)
  • Claricia, jong overleden
  • Hodierna, jong overleden
  • onbekend kind, ouder van een dochter Ela, gehuwd met Duncan MacDuff earl van Fife

Mathilde is begraven in de abdij van Scone.

Huntingdon

Huntingdon

4. Hendrik van Schotland
Geboren 1114/1115 – overleden 12 juni 1152. Hij was een zoon van David I van Schotland en Maud van Huntingdon.
Hij was prins van Schotland en graaf van Huntingdon.

Na de dood van zijn oudere broer Malcolm werd hij troonopvolger van Schotland en rond 1130 volgde hij zijn moeder op als 3e graaf van Huntingdon. Samen met zijn vader verwierf hij grote bezittingen en rechten in het noorden van Engeland tijdens de eerste jaren van de Anarchie (Engeland). In 1149 was hij aanwezig toen Hendrik II van Engeland tot ridder werd geslagen, in 1150 stichtte hij Holmcultram Abbey (Holme Abbey).

In 1139 huwde Hendrik met Ada de Warenne (ca 1125 – 1178), dochter van Willem II van Warenne, 2e graaf van Surrey. Zij kregen de volgende kinderen:

  • Malcolm, koning van Schotland
  • Willem, koning van Schotland
  • Margaretha (1145/1146 – 1201), gehuwd met Conan IV van Bretagne (Volgt Hertogen van Bretagne nr. 9)
  • David, graaf van Huntingdon
  • Ada (Volgt Koningen van Schotland nr. 13), getrouwd met graaf Floris III van Holland (Zie Graven van Holland nr. 9a)
  • Mathilde (ovl. 1152)

Hendrik stierf in 1152, een jaar voor zijn vader, en werd begraven in Kelso Abbey in Roxburghsire. Het graafschap Huntingdon werd in eerste instantie geërfd door Simon de Saint-Liz (of Senlis), een half-broer van Hendrik.

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Terug naar:

Graven en Gravinnen

 

handtekening 2016

27 augustus 2016