Gouda is een stad en gemeente in de provincie Zuid-Holland in Nederland.
De stad ligt in het stedelijk gebied de Randstad en is in inwonertal de 48e gemeente van Nederland en de 12e gemeente van Zuid-Holland. De gemeente telt 75.763 inwoners (1 januari 2024, bron: CBS) op een grondgebied van 16,92 km². Gouda heeft een regiofunctie binnen het Groene Hart, waar het qua inwoners de grootste stad en de op één na grootste gemeente is (na Alphen aan den Rijn).
Gouda ligt bij de samenvloeiing van de rivieren de Gouwe en Hollandse IJssel. Mede dankzij de binnenvaart over deze rivieren groeide Gouda in de middeleeuwen uit tot een belangrijke stad. In 1272 kreeg de stad stadsrechten en aan het eind van de middeleeuwen was Gouda uitgegroeid tot de vijfde stad van Holland. In de binnenstad is nog altijd een groot aantal historische en monumentale gebouwen te vinden, waarvan het Stadhuis en de Sint-Janskerk waarschijnlijk de beroemdste zijn. De stad staat daarnaast bekend om zijn Goudse kaas, die in de zomer verhandeld wordt op de donderdagse toeristische kaasmarkt. Ten slotte geniet Gouda bekendheid door de fabricage van kaarsen, pijpen, Gouds plateel, stroopwafels en de jaarlijkse Kaarsjesavond.
Ondanks het grote aantal producten dat sterk verbonden is met Gouda, heeft de stad geen alom bekende bijnaam. Soms wordt gesproken over de Kaasstad, refererend aan de Goudse kaas, maar deze bijnaam is niet enkel aan Gouda voorbehouden. Een andere bijnaam is de Gouwestad, naar de rivier waaraan Gouda zijn naam en bestaan te danken heeft. Deze naam komt onder andere terug in de naam van de regionale televisiezender RTV Gouwestad. Waddinxveen, dat ten noordwesten van Gouda ligt en zich eveneens langs de Gouwe bevindt, wordt weleens aangeduid als het Gouwedorp.
Gouwenaars worden ook wel Kaaskoppen genoemd, een spotnaam die ook wel voor Alkmaarders en Nederlanders in het algemeen wordt gebruikt. Deze benaming vindt mogelijk zijn oorsprong in Stolwijk en zou niet zijn afgeleid van de kaas zelf, maar aan kaasvaten die door zogeheten koppendraaiers werden vervaardigd. Bij conflicten werden deze kaasvaten als helm op het hoofd gezet.
Rond het jaar 1000 was het gebied waar nu Gouda ligt drassig en bedekt met een moerasbos, met daarin kleine riviertjes, zoals de Gouwe. In de 11e en 12e eeuw begon men met het ontginnen van veen ten oosten en westen van de stad en langs de oevers van de Gouwe. In 1143 werd de naam Gouda voor het eerst vermeld in een oorkonde van de graaf van Holland.
In de 13e eeuw werd het riviertje de Gouwe door een kanaal verbonden met de Oude Rijn en de monding in de Hollandse IJssel werd uitgebreid tot een haven. Aan de rand van de stad verrees in de 14e eeuw het kasteel van Gouda, dat de haven moest beschermen. Door deze ontwikkelingen ontstond een vaarroute, die werd gebruikt voor handel tussen Vlaanderen en Frankrijk met Holland en het Oostzeegebied. In 1272 verleende Graaf Floris V stadsrechten aan Gouda, dat inmiddels een belangrijke plaats geworden was.
Het kasteel van Gouda was een laatmiddeleeuws machtscentrum in Gouda, van waaruit het gebied rond de ingang van de Haven werd beheerst.
De Haven is, waarschijnlijk nadat deze iets in westelijke richting was verlegd, de uitmonding van de rivier de Gouwe in de Hollandsche IJssel. Vanaf de IJssel gezien lag het kasteel rechts van de huidige Havensluis, met de zuidelijke muren als onderdeel van de stadsmuren, vrijwel tot in het water van de rivier.
In 1361 en 1438 richtten stadsbranden grote schade aan in de stad.
Zo zou bij de brand van 25 augustus 1438 bijna alle woningen van de stad afbranden. Het vuur had een gemakkelijk prooi omdat de huizen overwegend van hout waren met rieten daken. Slechts vier of vijf woningen bleven gespaard. Gouda was voor die tijd een tamelijk grote stad. Schattingen geven aan dat er rond 1400 al meer dan 5.000 inwoners waren.
Na de verovering van Gouda door de Geuzen op 21 juni 1572 werd het kasteel van Gouda in 1577 gesloopt, om het zo niet in handen te laten vallen van de Spanjaarden bij een eventuele herovering. Het is echter maar de vraag of dit de daadwerkelijke reden van de afbraak was, of dat de Goudse bevolking de oorlog aangreep om zich van het kasteel en zijn eigenaar te verlossen. De definitieve afbraak van het kasteel werd pas in 1808 voltooid, toen de Chartertoren werd gesloopt. Nog voordat het kasteel volledig was gesloopt, verrees ter hoogte van de vroegere binnenplaats op de fundering van het kasteel een molen. Nadat deze molen in 1831 was afgebrand, werd deze een jaar later vervangen door de molen ’t Slot, die nog altijd overeind staat.
© John Ooms.nl
De Sint-Janskerk of Grote Kerk in de Nederlandse stad Gouda is een grote kruiskerk in gotische stijl. De kerk is beroemd vooral vanwege de reeks gebrandschilderde glazen. Het kerkgebouw zelf heeft karakteristieke overkappingen en is het langste kerkgebouw in Nederland met 123 meter, buitenwerks. In hoofdzaak dateert de kerk uit de 15e en 16e eeuw, maar de historie van het gebouw gaat verder terug.
In het laatste kwart van de 16e eeuw had Gouda ernstige economische problemen. In de eerste helft van de 17e eeuw krabbelde de stad weer op en tussen 1665 en 1672 kende de stad zelfs een tijd van grote vooruitgang en bloei. Toen in het rampjaar1672 echter de Hollandse Oorlog uitbrak kende de stad opnieuw een economische terugval. Hoewel de economie na 1700 nog eenmaal opveerde, zou de terugval uiteindelijk tot ver in de 19e eeuw duren. In 1673 werd Gouda voor de vierde en ergste maal getroffen door de pest. De epidemie kostte 2.995 mensen het leven, ongeveer 20% van de bevolking. Bovendien kreeg Gouda te maken met opstandige boeren uit de omgeving, die in juni 1672 het stadhuis 24 uur lang bezetten.
De Waag in Gouda (ook wel de kaaswaag genoemd) staat op de Markt, tegenover de achterzijde van het stadhuis. De Waag is gebouwd naar een ontwerp van Pieter Post in 1668, nadat Gouda in 1667 van de Hollandse Rekenkamer het recht van de Waag voor vijftien jaar had kunnen pachten.
In de Tweede Wereldoorlog was Gouda door zijn strategische ligging aan water-, auto- en spoorwegen een doelwit van bombardementen door de geallieerden. In 1944 werd het station getroffen tijdens zo’n bombardement, dat bedoeld was om de spoorweg te vernietigen die Den Haag en Rotterdam verbindt met Utrecht. In het totaal vielen er bij de bombardementen in Gouda 45 doden. Van de Goudse Jodenwerden er 328 vermoord tijdens de bezetting, slechts 40 overleefden de Holocaust.
Na de bezetting breidde Gouda zich verder uit en werden de wijken Oosterwei, Bloemendaal en Goverwelle gerealiseerd. In 1940 werd met de demping van de Nieuwehaven een begin gemaakt met het dichten van de grachten in de binnenstad. Na de Tweede Wereldoorlog werden ook de Raam, het Nonnenwater, de Naaierstraat en de Achter de Vismarkt gedempt. Mede door de protesten vanuit de burgerij en de veranderde inzichten bij stedenbouwkundigen werd echter niet verdergegaan met het dempen van de historisch waardevolle stadsgrachten. In 1977 verdween de wekelijkse varkensmarkt, de grootste in Nederland, uit de stad. De wekelijkse kaasmarkt op donderdag bleef alleen als toeristisch fenomeen gehandhaafd. Het huidige hoofdstation is gebouwd in 1984, maar het gebied rond het station, de Spoorzone, wordt anno 2015 onder handen genomen. Tevens breidt de stad na de realisering van Goverwelle in de jaren 80 en 90 weer uit met de wijk, Westergouwe.
Gouda ligt in het oosten van de provincie Zuid-Holland en is onderdeel van de metropoolregio Randstad. De gemeente heeft goede verbindingen met de grote steden binnen en buiten de Randstad, maar ligt toch in een natuurlijk, landelijk gebied: het Groene Hart. Bij Gouda komen de Hollandse IJssel en de Gouwe samen. In de omgeving van Gouda liggen de drie grote steden Den Haag, Rotterdam en Utrecht. De stad maakt deel uit van het COROP-gebied Oost-Zuid-Holland en ligt in het Hoogheemraadschap van Rijnland.
Gouda kent vier buurgemeenten. In het noordoosten en langs de Reeuwijkse plassen grenst de gemeente aan Bodegraven-Reeuwijk. In het noordwesten is de A12 de scheidslijn tussen Gouda en Waddinxveen. In het zuidwesten, grenzend aan Zuidplas, ligt een van de weinige stukken landelijk gebied die binnen de gemeentegrenzen van Gouda vallen. In het zuiden grenst Gouda aan de gemeente Krimpenerwaard.
De binnenstad van Gouda ligt op een kleiige ondergrond. Een groot deel van de stad ligt op een zachte veengrond. Deze slappe bodem zorgt ervoor voor dat delen van de stad door inklinking voortdurend verzakken. Maatregelen om deze verzakkingen tegen te gaan kosten de stad veel geld en hebben van Gouda zelfs lange tijd een Artikel 12-gemeente gemaakt.
Gouda wordt grotendeels omringd door natuur, in de vorm van weilanden en polders. De Krimpenerwaard, gelegen ten zuiden van de stad, grenst nagenoeg direct aan de Binnenstad. Aan de westkant ligt de droogmakerij de Zuidplaspolder. Hieronder valt ook het gebied binnen de gemeentegrenzen ten westen van de Gouwe: daar liggen de buurtschappen Broek, Broekhuijzen en Thuil en daar bestaat het landschap nog voornamelijk uit weiland. De te ontwikkelen woonwijk Westergouwezal hier verandering in brengen. Met Westergouwe breidt Gouda zich uit tot aan de grens met Moordrecht, onderdeel van de gemeente Zuidplas.
Gouda ligt aan twee grote rivieren: aan de zuidkant grenst de stad aan de Hollandse IJssel en ten westen van de stad ligt de Gouwe.
Met name in het verleden hebben beide rivieren een grote rol gespeeld in de geschiedenis van Gouda en de vaarverbindingen tussen Vlaanderen en Nederland. Die verbinding door de binnenwateren werd binnen doer of binnen dunen genoemd en was een veilig alternatief voor de route over de Noordzee. De schepen voeren door de binnenstad van Gouda en moesten daar niet alleen tol betalen, maar zorgden met hun aanwezigheid ook voor bedrijvigheid in de stad. Hoewel het belang van Gouda en de vaarverbinding in de loop der eeuwen afnam, kreeg de scheepvaart met steeds meer problemen te maken. De wachtduur voor het passeren van de sluizen en de grootte van de schepen maakten een omlegging van de route noodzakelijk. In 1936 werd daartoe het Gouwekanaal in gebruik genomen. Het scheepverkeer hoeft sindsdien niet meer via de Havensluisof de Mallegatsluis door de binnenstad te varen, maar kan gebruikmaken van de Julianasluis in het Gouwekanaal.
De Gouwe en de Hollandse IJssel zijn beide populaire rivieren voor de beroepsvaart en de pleziervaart. Fysiek vormen de twee rivieren ook de begrenzing van de stad: de bebouwing houdt vooralsnog nagenoeg op buiten deze wateren. Het spoorverkeer tussen Gouda en het westen van het land maakt bij het oversteken van de Gouwe gebruik van de twee Gouwespoorbruggen.
Het wapen van Gouda voert een schild met twee maal drie zespuntige sterren. Het werd op 24 juli 1816 officieel door de Hoge raad van Adel met de volgende heraldische terminologie bevestigd:
“Het schild … van keel (rood), beladen met enen Pal van zilver en vergezeld ter weerszijde van drie zespuntige sterren van Goud, staande in de zin van den Pal. Het schild gedekt met een kroon met vijf fleurons alles van goud en omgeven van een doornenkrans. Voorts vastgehouden door twee klimmende Leeuwen in hunne natuurlijke verwen en onder hetzelfde het oude motto: ‘per Aspera ad Astra’.“
Uit:
Zie ook:
-
Gemeente Gouda
-
Gouda, Toeristische informatie
-
Welkom in Gouda
-
Goudse Canon
-
Canon van de Goudse Sint-Jan
-
Gouda Tijdmachine
-
Historische Vereniging Die Goude
-
Geschiedenis van Gouda – Erfgoedhuis Zuid-Holland
-
Monumenten in Nederland in Gouda
-
Gouds Dagblad
-
Dichtbij het Nieuws/Gouda
-
Indebuurt – informeert en inspireert Gouda
-
Goudse Post – Al het nieuws uit Gouda
-
Gouda | AD.nl
-
Lokale boeken – JohnOoms.nl
Social media over Gouda
–
Voorouders in Gouda:
- Nicolaes van Cats
Vrijheer van Cats, Catshoek, Maerlant, Emelisse, Welle, Duiveland, Ossendrecht, Lopik en Boenrepas. In 1280 op 24 maart heer van Cabauw. Heer van Schoonhoven en op 19 juli 1272 geeft Floris V aan Nicolaas Cats (voogd van Sophia van der Goude) stadsvrijheid van Gouda. Maar hij had ook het erfpacht van de Vlist. Ook had hij Zuid-Zevender en Noord-Zevender verworven. Naar hem is in Gouda de Ridder van Catsweg genoemd. - Jan van Beaumont ook bekend als Jan van Blois en Jan van Henegouwen (circa 1288 – 11 maart 1356) was een jongere broer van graaf Willem III van Holland.
Heer van Noordwijk, Beaumont, Gouda en Schoonhoven. - Dirck Govertsz Thoen
Geboren rond 1405. Dirck Govertsz is overleden na 1451. Zoon van Govert Thoen.
Schepen van Gouda. - Govert Dircx Thoen van Souburgh
Geboren rond 1440. Govert Dircx is overleden na 1499. Zoon van Dirck Govertsz Thoen.
Schepen en burgemeester van Gouda. - Dirck Govertsz Thoen van Souburgh
Geboren rond 1475, overleden rond mei 1528. Zoon van Govert Dircx Thoen van Souburch.
Schepen van Gouda.
Hij was gehuwd met Dieuwertje Willems van der Graft. Geboren rond 1475, overleden na 13 juli 1529 te Gouda. - Mijntje Pruissen
Geboren te Haarlemmermeer op 2 augustus 1883 en overleden in Huize Elisabeth te Gouda op 20 augustus 1960.
Zij is een dochter van Wouter Pruissen en Ariana Juditha Pruissen. Mijntje was op 30 april 1908 te Haarlemmermeer getrouwd met Gerardus Braat. Op 12 juli 1939 zijn Mijntje en Gerardus gescheiden. - Willem Pieter Ooms
Meubelmaker en stoffeerder. Geboren te Zevenhuizen op zondag 1 juni 1924, wonende aldaar. Overleden te Gouda in het Groene Hart Ziekenhuis op maandag 1 september 1998, 74 jaar oud. Zoon van Catharinus Ooms en Jannigje Aartje van Vliet. Willem Pieter is getrouwd te Zevenhuizen op donderdag 13 november 1947, op 23-jarige leeftijd met zijn buurmeisje Ariana-Juditha Braat.
Niet alleen voorouders woonden of verbleven in Gouda,
maar zelfs de twee zonen van John Ooms zijn in het Groene Hart Ziekenhuis in Gouda geboren.
–
Terug naar: