Leiderdorp

 

Leiderdorp in 1867, door J. Kuyper. 2100 inwoners

Leiderdorp  is een dorp en gemeente in de Nederlandse provincie Zuid-Holland. De gemeente telt 27.109 inwoners (1 januari 2019, bron: CBS) en heeft een oppervlakte van 12,29 km² (waarvan 0,56 km² water). Binnen de gemeentegrenzen ligt nog de buurtschap Achthoven.

Leiderdorp is vastgegroeid aan Leiden, maar beide gemeenten worden gescheiden door de rivieren de Zijl en de Oude Rijn. Nabij Leiderdorp begint de Groene Harttunnel onder het Groene Hart, die werd aangelegd voor de HSL-Zuid.

De geschiedenis van Leiderdorp begint in de Romeinse tijd. Uit opgravingen is gebleken dat er in het begin van de derde eeuw na Christus bij Roomburg een castellum stond, dat waarschijnlijk bewoond werd door de soldaten van het 30e Romeinse legioen, dat toen in deze streken gelegerd was. Het land rond Leiderdorp was in de eerste eeuwen van onze jaartelling drassig en de middelen van bestaan waren beperkt. De oevers waren nog niet afgegraven voor de steenbakkerij. Toen grote delen van West-Nederland door stijging van de zeespiegel onder water liepen, boden deze oevers waarschijnlijk een droge plaats om te wonen. Bodemvondsten bewijzen dat het gebied waar nu Leiderdorp ligt in de Karolingische tijd (vanaf de achtste eeuw) bewoond was. In 1952 werden de resten van eenvoudige dijken gevonden. Opgegraven paalgaten en weefgewichten tonen aan dat er hutten stonden en dat de bevolking zich met veeteelt en wellicht ook textielnijverheid bezighield.Volgens schriftelijke bronnen waren er in de 10e eeuw boerderijen in het zogenaamde eerste, tweede en derde Leithon. Deze drie districten vormden samen Holtlant, dat het Waardeiland, het gebied tussen de Mare en de Zijl en dat ten noorden van de Oude Rijn omvatte. In Holtlant zouden de eerste graven van Holland hebben gewoond. De naam van de provincie Holland is van het oude Holtlant afgeleid.

Zowel Leiden als Leiderdorp ontlenen hun naam aan de Leithons: de drie districten die samen Holtlant vormden. Het Leiderdorpse grondgebied strekte zich oorspronkelijk uit tot aan de burcht in het centrum van Leiden. Vanaf 1200 nam Leiden voor stadsuitbreiding regelmatig grondgebied over van omliggende ambachtsheerlijkheden. Ook Leiderdorp moest grond afstaan aan de groeiende stad.

In de loop van de middeleeuwen werden in Leiderdorp meerdere kastelen gebouwd, zoals het Huis ter Does, Berendrecht, Ter Mey, Stenevelt, Te Waarde en de Zijlhof, die allemaal verdwenen zijn. Sinds de veertiende eeuw stond in Leiderdorp het Augustijnenklooster Engelendael. Het klooster bezat veel land en speelde een belangrijke rol in Leiderdorp.

Het Huis Ter Does. Dyderic van der Does kreeg van graaf Floris V van Holland, land aan de Does in leen. De oudste resten van het kasteel dateren ongeveer uit deze periode. De eerste bewoners hadden een ronde gracht rondom hun erf gegraven en gebruikten de vrijgekomen grond om het erf op te hogen. Op die heuvel bouwden ze omstreeks 1300 een rechthoekig donjon van grote bakstenen (moppen). Al snel kwam er als beveiliging een bakstenen ringmuur binnen de slotgracht. Het kasteel had ook een eigen boerderij, een voorganger van de huidige.
Tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten gaf Huis Ter Does zich vrijwillig over. Het kasteel kwam er met een plundering vanaf.
Tussen 1400 en 1450 vond er een modernisering plaats, waarbij de ommuring werd verzwaard en halfronde muurtorens werden toegevoegd. Het kasteel raakte zo vervallen dat Foeye van der Does in 1489 zijn voorvaderlijk slot aan Leiden verkocht. Een volgend eigenaar, Arent van IJsselsteyn, liet omstreeks 1500 een nieuwe woonvleugel bouwen. Van die indeling is bij de archeologische opgraving in 1952 bitter weinig teruggevonden. Wél werd veel gebruiksgoed opgegraven.
Na het Ontzet van Leiden kwam het kasteel in 1591 in handen van Jonkheer Pieter van der Does, baljuw, dijkgraaf van Rijnland en schout van Leiden. Hij knapte het familiehuis op en liet ook de eerste Doeshofmolen bouwen om het land achter zijn kasteel te bemalen.

Tijdens het eerste Spaanse beleg van Leiden, dat afliep in mei 1574, vestigde de Spaanse legeraanvoerder Valdez zijn hoofdkwartier in de oude kerk van Leiderdorp. Hij liet verdedigingswerken rond de dorpskern aanleggen, waarvan echter niets meer terug te vinden is. Toen de Prins van Oranje de dijken liet doorsteken trokken de Spanjaarden zich terug.

Het klooster Engelendael werd na de opstand tegen de Spanjaarden aan Jonkheer Arend van Dorp gegeven, als vergoeding voor een lening aan de berooide Prins van Oranje. Van Dorp liet het slopen en de fundamenten uitgraven, waardoor er geen resten van het klooster zijn overgebleven. De opbrengst van het kloosterland werd door de Staten van Holland gebruikt om protestantse kerkdienaren te betalen. De pas opgerichte universiteit van Leiden, waar de predikanten werden opgeleid, kreeg eveneens geld ter beschikking.

In de tijd van het Spaanse beleg was Graaf de Ligne ambachtsheer van Leiderdorp. Hij vond het echter veiliger zijn bezittingen in de Zuidelijke Nederlanden te concentreren en stootte zijn ambachtsheerlijkheden in Holland daarom af. In 1597 kreeg de stad Leiden de ambachtsheerlijke rechten van Leiderdorp in handen. Tot aan de Franse tijd werden schout en schepenen, ambachtsbewaarders, secretaris en bode door Leiden benoemd.

Na het uitroepen van de Bataafse Republiek in januari 1795 veranderde al snel de bestuurlijke organisatie. In heel Nederland werden municipaliteiten opgericht, de voorlopers van de moderne gemeenten. Ook Leiderdorp werd in die periode een zelfstandige gemeente. Op sociaal-economisch terrein veranderde er niet veel; Leiderdorp bleef een sterk agrarische gemeente, met lintbebouwing langs de Rijn. Veel rijke Leidenaars lieten in deze tijd een buitenplaats langs de Rijn bouwen.

In de negentiende eeuw had Leiderdorp iets meer dan duizend inwoners. Het dorp kende enige nijverheid van betekenis; er waren drie grote steenbakkerijen en vele pottenbakkers. Aan de Zijl exploiteerde de firma Boot-Leiderdorp de scheepswerf De Hoop. Hier werd onder andere de Alhambra Flottante gebouwd, een schip dat in de begintijd van de stomme film door Nederland voer om het publiek te verbazen met bewegende plaatjes.

In 1884 scheidden de gereformeerden (die strakker in de leer waren) zich af van de hervormden, wat in Leiderdorp voor grote beroering zorgde. Acht weken lang waren er militairen gelegerd om een burgeroorlog te voorkomen. De gereformeerden gingen na de afscheiding aanvankelijk ter kerke in een school; in 1892 betrokken zij de kerk naast de huidige A4. In 1989 is dit kerkgebouw in gebruik genomen door de Gereformeerde Gemeente.

Al voor de Tweede Wereldoorlog vond in Leiderdorp planmatig volkswoningbouw plaats. Zo werd in 1914-1915 het zogenaamde ‘oude dorp’ gebouwd, waaronder het Van Leeuwenpark, dat werd ontworpen door de architecten Dudok en Oud. Na de oorlog ging het dorp echt groeien. De industrie ontwikkelde zich goed, zo was er een touwfabriek waar onder andere vloerbedekking werd geproduceerd.

In het midden van de jaren 1950 werd de rijksweg A4 aangelegd. De Leiderdorpse brug kwam gereed in 1964. De snelweg sneed Leiderdorp lange tijd in twee delen. Het gebied tussen de A4 en het Doeskwartier en Patrimoniumpark lag nog braak. Met de bouw van de Oranjewijk werden het Doeskwartier en Patrimoniumpark met het Oude Dorp verbonden.

De verbinding tussen het Oude Dorp en een andere oude vestigingsplaats, het Zijlkwartier, werd in de jaren 1960 gerealiseerd met de wijk Ouderzorg. De gemeente groeide in deze tijd sterk.

Tegen het einde van de jaren 1990 werd de wijk Leyhof aangelegd aan de noordoostzijde van Leiderdorp in het zuidelijk deel van de Boterhuispolder.

Momenteel is Leiderdorp bezig met een centrumplan. Hierbij wordt het gebied tussen het winkelcentrum ‘het Winkelhof’, het park de Houtkamp en winkelcentrum ‘de Santhorst’ op de schop genomen. Winkelhof wordt uitgebreid en o.a. de openbare bibliotheek en wat kleinere instellingen zijn verhuisd naar het nieuwe sociaalculturele centrum ‘de Sterretuin’. In een ander deel van het dorp en is een nieuw gemeentehuis gebouwd aan de rand van de rijksweg A4.

Een andere grote ontwikkeling is de verbreding van de A4 die ook verdiept is komen te liggen (in 2012) met het Limesaquaduct onder de Oude Rijn. Aansluitend worden in de gemeente meerdere grote ruimtelijke projecten gerealiseerd onder de noemer W4.

Het wapen van Leiderdorp is op 24 juli 1816 bij Koninklijk Besluit aan de gemeente Leiderdorp toegekend.
Het gemeentewapen van Leiderdorp dateert uit de tijd van het Spaanse beleg. Op 6 december 1597 ontving de schout van Leiderdorp, Gerrit Janszoon van Harmelen, voor bijna 28 gulden een door zilversmid en graveur Bartholomeus Dolendo vervaardigd stempel om daarmee alle stukken van het ambacht en dorp te zegelen. Het zegel toonde het wapen van Leiden inclusief de leeuw die het wapenschild vasthoudt. Het randschrift vermeldde: S(EGEL) DER STADT LEYDEN TOT DE AMBACHTSHEERLICKHEIT VAN LEIDERDORPPas na de Franse Revolutie ging men dit symbool als wapen voeren. Om zich van Leiden te onderscheiden voegde Leiderdorp de blauwe balk toe, die vermoedelijk de Oude Rijn uitbeeldt.De beschrijving is als volgt: “Van zilver beladen met 2 sleutels van keel, geplaatst en sautoir, en een golvende fasce brocherende over het geheel.”
Niet vermeld wordt dat de golvende balk van lazuur is. De heraldische kleuren in het schild zijn: zilver (wit), keel (rood) en lazuur (blauw).
Uit:

 

Voorouders:

  • Jacob van Leiden
    Geboren in 1186, overleden in 1241. Burggraaf van Leiden en ambachtsheer van Leiderdorp en Oegstgeest.
    Zoon van Halewin van Leyden en Kerstant Doedes van Raephorst.
    Hij was gehuwd met Christine van Oegstgeest.
  • Kerstine van Leiden (1220 – 1254), dochter van Jacob, burggraaf van Leiden 1201-1241, erfdochter van het Leids burggraafschap en de ambacht Leiderdorp en Oegstgeest. Zij trouwde te trouwde Leiden met Dirk van Cuijck (1205 – 1260). Hij werd door graaf Willem II aangesteld tot burggraaf van Leiden tussen 1240 en 1243 na het overlijden van burggraaf Jacob.
  • Hendrick van Cuijck
    Geboren omstreeks 1245 te Leiden, overleden 12 januari 1319. Burggraaf van Leiden 1266-1319, heer van Leiderdorp en van Oegstgeest. Ridder onder graaf Floris V (1285), vergezelde de Hollandse delegatie naar Engeland overzee 7 januari 1298.
  • Dirk van der Does
    Geboren te Leiderdorp omstreeks 1280, schildknaap.
    Heer van het Huis ter Does te Leiderdorp.
    Hij trouwde met Clementia Philips van Santhorst, geboren te  Wassenaar 1290.
  • Maurin Dircksz van der Does
    Geboren in 1320. Heer van het Huis ter Does te Leiderdorp in 1354, dijkgraaf van den Nieuwedijk.
    Getrouwd rond 1360, Oostvoorne met Lisebette van Voorne. Geboren circa 1333. Dochter van Albrecht van Voorne (Zie Heren van Voorne nr. 7b) en Catharina van Durbuy.
  • Foyetgen Willemsz
    Geboren rond 1440 in Leiderdorp, overleden voor 1482.
    Vanaf 1463 bouwman te Warmond, vermeld 1463-1475.
    Hij is getrouwd met Ermgaerd Gerijtsd. Dochter van Gerrit Barthoutsz.
  • Claas Dirksz van der Voet
    Geboren circa 1694, overleden 1731. Zoon van Dirk van der Voet.
    Hij trouwde op 13 november 1718 te Leiderdorp met Claasje Maartens Wassenaar.

Terug naar:

Dorpen en Steden

  facebook       

© 1 maart 2018