Nazaten Graven van Bourgondië

Wapen van Bourgondië

Wapen van Bourgondië

1. Otto-Willem van Bourgondië
Geboren 962 – Dijon, 21 september 1026.
Hij was een zoon van Adelbert I van Ivrea en Gerberga van Dijon, die hertrouwde met hertog Hendrik I van Bourgondië.

In zijn jonge jaren was hij een gevangene aan het hof van keizer Otto I de Grote die zijn vader en zijn grootvader, koning Berengarius II van Italië had verslagen. In 982 werd hij door zijn huwelijk paltsgraaf van Bourgondië en graaf van Mâcon. In 986 werd hij graaf van het gebied dat zijn ouders voor hem rond Dole hadden gevormd.

Na de dood van zijn stiefvader, Hendrik, in 1002, wierp hij zich op als hertog van Bourgondië, maar in 1004 annexeerde koning Robert het hertogdom Bourgondië bij Frankrijk. Zijn andere titels en bezittingen wist hij echter te behouden. In 1004 deed hij een schenking aan de abdij van Saint-Bénigne (tegenwoordig de kathedraal) te Dijon, voor het zielenheil van zijn moeder, zijn stiefvader en zijn vrouw. In 1006 nam hij deel aan een opstand tegen keizer Hendrik II de Heiligetoen die door Rudolf III van Bourgondië tot zijn erfgenaam was benoemd. Otto-Willem is begraven in de abdij van Saint-Bénigne.

Otto-Willem trouwde in 982 met Ermentrudis van Roucy (959 – 5 maart 1004), de weduwe van Alberik II van Mâcon, dochter van Ragenold van Roucy (Zie Graven van Roucy nr. 1) en Alberada van Lotharingen (dochter van Giselbert II van Maasgouw en Gerberga van Saksen). Zij kregen de volgende kinderen:

  • Gwijde I van Mâcon
  • Mathilde (- 13 december 1005) met Landricus van Nevers, begraven in de kathedraal van Saint-Étienne te Auxerre
  • Gerberga van Bourgondië (ca. 985 – 1020/1023), gehuwd  met Willem II van Provence, deed meerdere schenkingen aan de abdij Saint-Victor te Marseille
  • Reinoud I van Bourgondië (Volgt 2b)
  • Agnes (990/995 – Saintes, 10 november 1068), gehuwd met Willem V van Aquitanië, begraven in de priorij van Saint-Nicolas te Poitiers

Otto hertrouwde voor 1016 met Adelheid, dochter van Fulco II van Anjou, en was haar vijfde echtgenoot.

Uit:
Otto Willem van Bourgondië – Wikiwand

2a. Mathilde van Mâcon
Overleden 13 december 1005, begraven in de kathedraal van Saint-Étienne te Auxerre.
Dochter van Otto-Willem van Bourgondië en Ermentrudis van Roucy.
Zij was rond 989 gehuwd met Landerik van Nevers (Zie Graven van Nevers nr. 1). Overleden op 11 mei 1028. Zoon van Bodo van Monceaux-Le-Comte.
Omstreeks 989 kreeg Landricus van zijn schoonvader graaf Otto-Willem van Bourgondië het graafschap Nevers.
Kinderen:

Uit:
Landerik van Nevers – Wikipedia

 

Reinoud I van Bourgondië

2b. Reinoud I van Bourgondië (986-1057) was de tweede zoon van Otto Willem van Bourgondië en Ermentrudis van Roucy.

In 1024 kreeg Reinoud van zijn vader een aandeel in het bestuur, samen met zijn neef Otto. In 1026 overleden zijn vader en zijn neef allebei en volgde Reinoud hen op als graaf van de Amous (ten westen van Besançon), de Varais (rondom Besançon), de Portois (ten noorden van Besançon), de Mâconnais (rondom Mâcon), en de Escuens (ten zuiden van Besançon) in het Bourgondië, en als graaf van Beaumont, Fouvent en Oscheret (tussen Beaumont en de Amous), in het koninkrijk Frankrijk. Ook erfde hij het eigendom van de zeer winstgevende zoutmijnen van Salines en grote persoonlijke bezittingen (vooral in Frankrijk). In 1027 werd hij gevangengenomen door de bisschop van Auxerre maar werd daarna bevrijd door troepen van zijn schoonvader, Richard II van Normandië.

In 1033 steunde Reinoud de pogingen van Odo II van Blois om koning van Bourgondië te worden. Reinoud was wel zo voorzichtig om zich in die periode inDijon (dus in Frankrijk) te vestigen. In 1037 nam hij deel aan de mislukte veldtocht van Odo naar Aken (stad). Nadat Odo was verslagen en gedood, verzoende Reinoud zich met keizer Koenraad II de Saliër en kreeg van hem de titel van paltsgraaf. In 1038 huldigde Reinoud keizer Hendrik III in Solothurn.

In 1043 verloor Reinoud Besançon aan de bisschop van die stad. En in 1044 verloor Reinoud Montbéliard toen de keizer die stad aan Lodewijk van Mömpelgard schonk (Mömpelgard is de Duitse naam van Montbéliard). Een poging om de stad te heroveren werd door Lodewijk met hulp van de keizer afgeslagen. Reinoud werd begraven in de kathedraal van Besançon.

Reinoud huwde met Adelheid, dochter van hertog Richard II van Normandië en Judith van Bretagne en was vader van:

  • Willem I
  • Guy (ovl. na 1069), tegenkandidaat van een Normandische adelsfractie voor de hertogstitel (aanspraken via zijn moeder) tegen Willem de Veroveraar (die een bastaard was). Guy werd opgevoed in Normandië en bezat kastelen in Brionne en Vernon (Eure). In 1046 probeerde hij tevergeefs om Willem te ontvoeren en in 1047 werd hij verslagen in de slag bij Val-lès-Dunes. Hij wist zich drie jaar lang nog te verschansen in zijn kastelen en maakte toen gebruik van de hem geboden vrije aftocht. Eerst verbleef hij nog aan het hof van Godfried II van Anjou en keerde daarna terug naar Bourgondië. Tot zijn dood heeft hij complotten gesmeed tegen zijn broer, om zijn macht en bezittingen over te kunnen nemen.
  • Hugo
  • mogelijk Fulco
Uit:
Reinoud I van Bourgondië – Wikiwand

Willem I van Bourgondië

Willem I van Bourgondië

3. Willem I van Bourgondië , bijgenaamd de Grote
Geboren 1020 – overleden Besançon 1087.  Hij was de oudste zoon van graaf Reinoud I van Bourgondië en Adelheid van Normandië.

In 1057 volgde hij zijn vader op als graaf van Bourgondië en werd een machtig vorst. In 1078 verwierf hij ook het graafschap Mâcon toen de graaf, zijn achterneef Guy, een geestelijke werd. Willem werd begraven in de Stephanuskerk te Besançon en herbegraven in de kathedraal van Besançon.

Willem was gehuwd met Stephania van Longwy-Metz. Zij kregen de volgende kinderen:

  • Octavianus (-1128)
  • Odo (-1087)
  • Reinoud II (-1097 of 1101)
  • Willem (- voor 1090)
  • Ermentrudis, die in 1065 huwde met graaf Diederik I, graaf van Montbéliard, van Altkirch en van Ferrette.
  • Gwijde, de latere paus Calixtus II
  • Stefanus I (-1102)
  • Sybilla (1065-1103), huwde in 1080 hertog Odo I van Bourgondië
  • Raymond (-1097), huwde in 1090 Urraca van Castilië, dochter van koning Alfons VI van Castilië (Volgt Koningen van Castilië nr. 3)
  • Hugo, aartsbisschop van Besançon
  • Gisela, huwde in 1090 graaf Humbert II van Savoye en met markgraaf Reinier I van Monferrato
  • Clemencia (1070-1129), in 1092 gehuwd met Robrecht II van Vlaanderen (Zie Graven van Vlaanderen nr 9a) en met Godfried I van Leuven (1060-1140)
  • Stephania, gehuwd met Lambertus van Royans
  • Bertha (-1097), gehuwd met Alfons VI van Castilië (1040-1109) (Zie Koningen van Castilië nr. 3)
Uit:
Willem I van Bourgondië – Wikiwand

 

4. Clementia van Bourgondië
Geboren in 1078, overleden in 1133. Zij  was regentes van de graafschappen Vlaanderen, Artesië en Zeeland tijdens de regering van haar eerste man Robrecht II en haar zoon Boudewijn VII. Zij was er regentes gedurende meer dan 20 jaar (1096-1119).
Haar tweede echtgenoot was Godfried I van Leuven, waardoor ze gemalin-gravin van Leuven en gemalin-hertogin van Neder-Lotharingen was (1125-1133).
Clementia was een van de kinderen van graaf Willem I van Bourgondië en Stephania van Longwy-Metz. Zij groeide op in het Vrijgraafschap Bourgondië in het Rooms-Duitse Rijk, als telg van de regerende dynastie van Ivrea. Haar broer was paus Calixtus II. Circa 1090 huwde ze voor de eerste maal, met Robrecht, erfopvolger van het Huis Vlaanderen.

Robrecht werd graaf van Vlaanderen, Artesië en Zeeland in 1093 en werd later bekend als Robrecht II van Jeruzalem. Van 1096 tot 1100 was Robrecht op kruistocht en had hij het bestuur van zijn graafschappen overgedragen aan Clementia. Robrecht gaf aan Clementia de eigendom van zowat één derde van het graafschap Vlaanderen in persoonlijk bezit. Zo behoorden vier Vlaamse kuststeden tot haar eigendom, onder andere Ieper. Ook na zijn terugkomst van de kruistocht bleven Clementia en Robrecht samen bestuurders.

Clementia was de sterke vrouw in het bestuur van Robrecht. Van haar zijn talrijke brieven bewaard, geschreven in het Latijn. Zij liet moerassen droog leggen, stimuleerde de vrijheden van Vlaamse steden (niet alleen haar steden) en sloeg een opstand in Brugge neer. Zij liet munten slaan met haar beeltenis. Clementia steunde de hervormingsbeweging van Cluny met stichting van nieuwe abdijen. Zij steunde de verkiezing van Jan I van Waasten tot bisschop van Terwaan, die overigens lang aan de macht zou blijven. Rond 1100 stichtte Clementia de abdij van Broekburg, op land rond de stad dat pas droog gelegd was[; zij liet haar man talrijke gronden schenken aan de abdij. In 1110 sloot zij, in naam van haar man, een verdrag met koning Hendrik I van Engeland. Zij liet er zich betalen door de Engelsen om een tegenstander van koning Hendrik I uit te leveren.

In 1111 sneuvelde haar man. Haar oudste zoon, Boudewijn VII Hapkin, volgde hem op. Alhoewel Boudewijn meerderjarig was, bleef weduwe Clementia verder regentes. Dit gaf wrijving met haar zoon. Haar zoon zocht voortdurend de hulp van zijn neef, Karel van Denemarken. Clementia kwam tot een vergelijk met haar zoon, graaf Boudewijn, nadat deze financieel toezicht kreeg op haar eigendommen. Met Karel van Denemarken bleven de relaties slecht.

Graaf Boudewijn VII stierf kinderloos in 1119. Boudewijn had Karel van Denemarken tot opvolger aangeduid. Karel werd graaf van Vlaanderen en werd later bekend als Karel de Goede (grafelijk Huis Estridsen). Aan het regentschap van Clementia kwam thans abrupt een einde, en dit na meer dan 20 jaren bestuur. Zij organiseerde een opstand tegen graaf Karel, met behulp van Willem van Ieper, een neef van haar man. Haar opstand mislukte en zij verloor haar vier Vlaamse kuststeden.

In hetzelfde jaar 1119 huwde ze een tweede maal, met graaf Godfried I van Leuven van het Huis Reniers. Hij was hertog van Neder-Lotharingen, het latere hertogdom Brabant. Mogelijks wou ze met dit huwelijk graaf Karel van de troon stoten. Graaf Karel bleef evenwel op de Vlaamse troon. Clementia stierf in 1133, op een onbekende plaats.

In haar eerste huwelijk met Robrecht II van Jeruzalem (Zie Graven van Vlaanderen nr 9a):

  • Boudewijn (VII) (1093-1119) Boudewijn overleed kinderloos, zodat het Vlaamse gravenhuis der Boudewijnen in rechtstreekse mannelijke lijn uitstierf. Kort vóór zijn dood wees hij zijn neef prins Karel van Denemarken (Karel de Goede) aan als zijn troonopvolger.
  • Willem (1094-1109)
  • Filips (1095 – ….) (waarschijnlijk jong gestorven)
  • mogelijk: Rosamunda van Vlaanderen (1099 – 1158), gehuwd met Berwout II van Egmont (Zie Heren van Egmont nr. 8)

Clementia overleefde al haar kinderen.

Het tweede huwelijk met Godfried I van Leuven bleef kinderloos.

Uit:
Clementia van Bourgondië – Wikipedia
Bronvermeldigen:
Robrecht II van Jeruzalem – Wikipedia
Voorouders en nazaten van Robrecht van Vlaanderen II (1065-1111) » Genealogie Online

Graven en Gravinnen

facebook

© 29 juli 2016,    laatst bijgewerkt op 11 april 2023