Katendrecht

 

Katendrecht 1790

Katendrecht is een voormalig dorp en gemeente en thans een wijk op Rotterdam-Zuid en hoort bij het stadsdeel Feijenoord. Het is als een schiereiland gelegen tussen de Rijnhaven en Maashaven.
De wijk heeft een oppervlakte van 1,18 km² met 4445 inwoners (1 januari 2012). In de twintigste eeuw was het lange tijd de bekendste prostitutiebuurt van Rotterdam. De bijnaam van de wijk is De Kaap.

De naam Katendrecht komt voor het eerst voor als ambacht dat behoorde aan de heer van Putten in het jaar 1199. In 1375 gaf de hertog Albrecht van Beieren opdracht het land opnieuw te bedijken nadat het ambacht in de twee voorafgaande jaren als het gevolg van dijkdoorbraken overstroomde. In 1410 gaf Jacob van Gaasbeek, heer van Putten, een vergunning een stuk uiterwaard te bedijken. Dit land staat later bekend onder de naam Jacob Potslandof Oud-Katendrecht. Het deel dat na een dijkdoorbraak in 1463 opnieuw wordt bedijkt wordt aangeduid als Nieuw-Katendrecht of Meester Arend van der Woudensland.Vanaf 1811 vormde Katendrecht samen met Charlois één gemeente, van 1816 tot 1874 was het een zelfstandige gemeente waarna het in 1874 weer met Charlois werd samengevoegd. In deze jaren was Katendrecht een relatief welvarend dorp, omringd door vruchtbare polders. Een deel van de Rotterdamse elite bracht er de zomermaanden door. Er was een belangrijke veerverbinding naar de Veerhaven aan de noordzijde van de Nieuwe Maas. In 1895 werd de gemeente Charlois en daarmee ook Katendrecht geannexeerd door de gemeente Rotterdam. De belangrijkste reden hiervoor is dat men de Rotterdamse haven wilde uitbreiden en daarvoor ruimte nodig had. Al in hetzelfde jaar begon men met het graven van de Maashaven en Rijnhaven.Voor de aanleg van de havens is het overgrote deel van Katendrecht afgebroken: ongeveer 700 huizen, boerderijen, enkele buitenplaatsen en de kerk werden gesloopt; ongeveer 3500 mensen moesten Katendrecht verlaten. Na voltooiing van de havens in 1911 was er van het landelijke dorp aan de rivier vrijwel niets meer over; Katendrecht was een schiereiland geworden tussen de Rijnhaven en Maashaven. Op het schiereiland bevonden zich spoorwegemplacementen, loodsen, silo’s en goedkope arbeiderswoningen. Verder zeemanskroegen en zogenaamde boardinghuizen; huizen waar zeelui in afwachting van werk op een volgend schip verbleven. De wijk werd steeds meer een louche buurt waar werd gegokt, gestolen spullen geheeld en prostitutie bedreven.
Voor de Tweede Wereldoorlog had, voornamelijk door de scheepvaart, Katendrecht de grootste Chinese gemeenschap van Europa. Vele Chinese migranten woonden hier in zeer eenvoudige kosthuizen. Ook waren er gelegenheden waar opium werd gebruikt. Na de Tweede Wereldoorlog begonnen voornamelijk Guangdongezen hier de eerste Chinese restaurants. In 2011 werd er stil gestaan bij honderd jaar Chinezen in Nederland door middel van het project China op de Kaap. Tegenwoordig is de Chinatown vrijwel verdwenen, er zijn nog slechts enkele Chinese winkels. De huidige Chinese buurt ligt in de binnenstad van Rotterdam. Ook kent Katendrecht tegenwoordig een Chinese kerk, die er al eerder was, maar nu terug is.
De wijk was tot ver in de jaren in tachtig vooral bekend als hoerenbuurt en Chinatown, en heeft dat imago nog steeds bij veel Rotterdammers. Anno 2010 is Katendrecht de status van probleemwijk kwijt. Recente vernieuwingen hebben de wijk veranderd, en de wijk wordt nog verder gerenoveerd. Oude huurwoningen worden opgeknapt en vervolgens verkocht. De veiligheidsindex van de gemeente Rotterdam toonde twee jaar achtereen dat Katendrecht tot de veiligste wijken van de stad gerekend kan worden. Het schiereiland heeft nu al een groene kade met een wandelpromenade, een aanlegplaats voor de watertaxi en enkele kunstwerken waaronder het beeld van Ketelbinkie. Er is een strandje waar een amfibiebus gebruik van kan maken om een rondvaart over de Maas te maken. Het passagiersschip ss Rotterdam ligt sinds augustus 2008 afgemeerd op de kop van Katendrecht. Het is de bedoeling dat het schip een grote publiekstrekker wordt. Aan de Veerlaan is de Provimifabriek gevestigd, een diervoederindustrie. Het fabriekscomplex is het enige nog actieve havengerelateerde bedrijf in Katendrecht.De nieuwe brug van Katendrecht naar Hotel New York, de Rijnhavenbrug, wordt in de volksmond ‘Hoerenloper’ genoemd; een verwijzing naar de vroegere rosse buurt. De brug landt op Katendrecht tussen de Fenixloodsen aan het Deliplein. In de zomer van 2007 was er sprake van om een kabelbaan van de Euromast naar Katendrecht te construeren, maar van dit plan is niets meer vernomen.
Het wapen van Katendrecht is op 24 december 1817 bij besluit van de Hoge Raad van Adel aan de voormalige Zuid-Hollandse gemeente Katendrecht in gebruik bevestigd. Deze gemeente was op 1 april 1817 afgesplitst van Charlois. Op 1 januari 1874 is Katendrecht weer aan Charlois toegevoegd, waardoor het wapen kwam te vervallen. Charlois werd op 28 februari 1895 toegevoegd aan de gemeente Rotterdam. In het wapen van de gemeente Rotterdam zijn geen elementen uit het wapen van Katendrecht opgenomen.

Wapen van Katendrecht

De blazoenering van het wapen luidde als volgt:
“Van zilver, beladen met drie fascen van lazuur.”
De heraldische kleuren in het wapen zijn zilver (wit) en lazuur (blauw). De herkomst van het wapen is onbekend.

Bron: Wikipedia – Katendrecht

 

 

Voorouders:

  • Jacob II van Mierlaer
    Vermeld 1240-1268. Hij was getrouwd met  Alveradis van Cuijck, een dochter van Hendrik III van Cuijck en N.N. van Putten. Door dit huwelijk was Jan I van Cuijck (1254-1308) zijn zwager. Jacob bezat goederen te Zoelmond (Betuwe) en Delft (’t Woud). Voor deze laatste goederen was hij ambtman van de graaf van Holland. Via zijn vrouw verkreeg hij ook goederen onder Katendrecht uit het bezit van de Heer van Putten. Jacob sneuvelde bij het beleg van Keulen op 15 oktober 1268.
  • Jacob III van Mierlaer
    Vermeld 1275-1310. Jacob vocht mee in de slag bij Woeringen (1288) aan de zijde van Jan van Kuijk en de Hertog van Brabant tegen onder meer de Graaf van Gelre. Jacob erfde van zijn vader de “Hollandse goederen” in Delft en Katendrecht. In 1303 scheldt hij Jan II van Avesnes, de graaf van Holland, alle schulden kwijt die deze jegens hem heeft en verbindt hij zich met zijn nakomelingen aan de Graaf van Holland. Een jaar later is de graaf echter al overleden. Het laatste optreden van Jacob is in 1310 als Jacobus Dominus de Mirlaer een akte zegelt van Johannes Dominus de Cuyck (Jan II van Cuijck).
  • Hendrik Gerritsz Cranendonck
    Geboren rond 1565 in Charlois,  overleden na 20 september 1618 in Katendrecht. Boer te Katendrecht, kerkmeester te Charlois (1601-1602). Zoon van Gerrit Pieters Cranendonck en Marichen Andriesdr.
  • Jan Pietersz de Winter
    Geboren in 1582 te Katendrecht, overleden op 12 oktober 1656 in Charlois. Kerkmeester te Charlois (1607-1609).
    Zoon van Pieter Willems de Winter. Hij is 1e getrouwd met Neeltje Ingensdr Burger. Hij is 2e getrouwd rond 1615 met Soetje Hendricksdr Cranendonck.

 

Dorpen en Steden