Byzantijnse Keizers (I)

 

Byzantium

Het Byzantijnse Rijk (kortweg Byzantium) of Oost-Romeinse Rijk was een keizerrijk dat in de late oudheid en de daaropvolgende middeleeuwen een groot deel van het oostelijke Middellandse Zeegebied besloeg, met als hoofdstad Constantinopel.
Wat nu het Oost-Romeinse Rijk wordt genoemd was de overgebleven oostelijke helft van het Romeinse Rijk nadat het westelijke deel uiteindelijk ten onder ging door onder andere de Grote Volksverhuizing en interne instabiliteit tijdens de 5e eeuw. Hoewel de cultuur, de religie en de taal van het rijk overwegend Grieks waren, beschouwden de Byzantijnen zichzelf als inwoners van het Romeinse Rijk en zagen hun heersers zich niet alleen als de opvolgers van de Romeinse keizers maar zelfs als een ononderbroken continuering hiervan. Het rijk vormde lange tijd een buffer tussen West-Europa en het Arabische Rijk en Centraal-Aziatische rijken als de Seltsjoeken en Mongolen.

Byzantijnse Rijk rond 650

Byzantijnse Rijk rond 650

Herakliden

De dynastie van de Herakliden leverde van 610-695 en van 705-711 de Byzantijnse keizers en tevens enkele exarchen van Carthago en Ravenna. De grondlegger van de dynastie – Herakleios – was de zoon van Herakleios de Oudere, een generaal uit de Romeins-Perzische oorlogen en later exarch van Carthago. Samen zetten ze Phocas af die de macht had gegrepen. Het laatste lid van de dynastie was Justinianus II. Onder de Herakliden werd de overgang van Late oudheid naar de Middeleeuwen volbracht en was het Oost-Romeinse Rijk veranderd in het Grieks sprekende Byzantijnse Rijk. Er ging 75% van het grondgebied verloren onder de Herakliden, voornamelijk door Islamitische veroveringen.

 

Herakleios

Munt met de afbeeldingen van van Heraclius en zijn zoon Constantijn III.

1. Herakleios
Geboren 575 – overleden 11 februari 641
Hij was van 5 oktober 610 tot 11 februari 641 de Oost-Romeinse, of beter gezegd Byzantijns keizer. Hij was één van de belangrijkste Byzantijnse heersers en kan tegelijkertijd als laatste heerser van de late oudheid en eerste keizer van het Midden-Byzantijnse Rijk worden beschouwd. De door hem gestichte dynastie zou tot het jaar 711 regeren.
Herakleios’ regering werd gekenmerkt door voortdurende militaire campagnes in het Midden-Oosten, eerst in de Romeins-Perzische oorlogen en later in de Byzantijns-Arabische oorlogen.
Flavius Heraclius of Herakleios was van Armeense afkomst. Zijn moeder heette Epiphania, zijn vader, Herakleios de Oudere, was onder keizer Mauricius generaal, voordat hij tot exarch van Carthago werd benoemd (in principe een gouverneur met verstrekkende militaire en civiele bevoegdheden).
Hij was gehuwd met Martina.
Zoon:
– Constantijn III (Volgt 2)
– 
Heraklonas

2. Constantijn III
Geboren 3 mei 612 – overleden 25 mei 641.
Hij was keizer van Byzantium in 641, van februari tot zijn dood in mei.
Hij was de oudste zoon van Herakleios bij diens eerste vrouw. Hij werd keizer samen met zijn veel jongere halfbroer Heraklonas. Voordat het tot strijd kon komen, stierf Constantijn echter, waarschijnlijk aan tuberculose.
Heraklonas werd daarna, ook maar voor korte tijd, keizer onder voogdij van zijn moeder Martina. Zij werden echter beiden op last van de Senaat afgezet, verminkt – zijn neus afgesneden en haar tong afgesneden[1] – en naar Rodos verbannen.
Daarna werd Constantijns zoon Constans II, onder voogdij van de Senaat, tot keizer uitgeroepen.

3. Constans II 
Geboren 630 – overleden 668.
(Grieks: Κώνστας Β’, Kōnstas II) en bijgenaamd Pogonatos (“de baardige”), was de zoon van keizer Constantijn III. Hij heerste als keizer van Byzantium van 641 tot 668.
Toen keizerin Martina op het balkon verscheen, na de dood van keizer Herakleios in plaats van zijn zoon Constantijn III Herakleios wekte dat heel wat argwaan. Als even later Constantijn III sterft aan tuberculose (641) wordt zij beschuldigd van moord. Samen met haar zoon Heraklonas worden ze verminkt en daarna verbannen naar Rodos. Zo komt de elfjarige Constans II de zoon van Constantijn III op de troon. Zijn jonge jaren worden bepaald door Patriarch Paul II (642-653).

Tijdens zijn eerste regeringsjaren speelt het Byzantijnse Rijk, hetExarchaat van Afrika met daarbij het belangrijkste diocees Egypte kwijt (642). Even later ook Armenië (645). Na de verovering door de Arabieren van Rodos (650) en Cyprus (651), hernieuwt generaalMoe’awija zijn vloot, met als kers op de taart de Slag van de Masten (655), waarbij een groot deel van de Byzantijnse vloot naar de bodem zinkt. Gelukkig voor Byzantium breekt de Eerste Fitna (Arabische burgeroorlog) uit en heerst er een relatieve rust aan de oostgrens.
Vanaf 661/662 voerde Constans campagne tegen de Longobarden in Italië.

Na de moord op zijn jongere broer Theodosius vlucht hij naar Syracuse op Sicilië, dat hij tot zijn permanente hoofdkwartier wilde maken. In 688 wordt hij door zijn kamerheer in zijn bad vermoord.
Constans II werd opgevolgd door zijn zoon Constantijn IV.

 –

4. Constantijn IV
Geboren 652 – overleden 685.
Hij was van 668 tot 685 keizer van Byzantium.
Na de moord op zijn vader Constans II probeerde ene Mezezius keizer te worden, maar dit werd verhinderd door de trouwe Exarch van Ravenna. Daardoor kon de jonge kroonprins als Constantijn IV de troon bestijgen.
Zijn regering zou een ommekeer ten goede betekenen voor Byzantium. Het grootste probleem was de Arabieren die al vanaf 663 in Klein-Azië huishielden en de bevolking in slavernij wegvoerden. Zij bezaten ook Cyprus, Rodos en Kos. Muawija veroverde nu zelfs Chios en het Cyzicus schiereiland niet ver van de hoofdstad en nam hij Smyrna in 672.

In 674 verscheen zijn vloot voor Constantinopel zelf. De strijd duurde tot 678 maar toen moesten de moslims onverrichter zake en met flinke verliezen de aftocht blazen. Een belangrijke rol daarin werd gespeeld door een uitvinding van Callinicus, het Griekse vuur. Ook te land verloren de Arabieren en de Kalief moest een ongunstige vrede sluiten.

Dit was een klinkende overwinning voor Byzantium die internationaal grote indruk maakte: de islam kon dus toch verslagen worden. Van heinde en ver kwamen de gelukwensen, onder andere van de Khan van de Avaren. De stamhoofden van de Slaven op de Balkan kwamen zelfs Constantijn de eed van trouw afleggen.

Constantijn zette zijn broers Heraclius en Tiberius die aanspraak maakten op het medekeizerschap aan de kant. Hij sneed hun de neus af om hun het regeren voorgoed onmogelijk te maken. Deze wrede daad van een keizer, die door de kerk bewierookt werd als de van God gezonden vernietiger van alle ketterij, legde de grondslag voor de grotere stabiliteit van de Byzantijnse monarchie na hem. Constantijn stierf nog vrij jong (33), maar liet de troon heel wat steviger na aan zijn zoon Justinianus II dan hij hem zelf geërfd had.

 

5. Justinianus II
Geboren 668/669 – overleden 711.
Bijgenaamd Rhinotmetos (met de afgesneden neus) was keizer van Byzantium van 685 tot 695 en van 705 tot 711.
Justinianus hervormde de belastingwetgeving met de Boerenwet, die later bekend zou zijn als het allelenguon ( αλληλεγγυον) waarbij de grondbezitter direct voor de belasting verantwoordelijk gesteld werd. Dit was deel van een agressieve politiek tegen de aristocratie die hij ten behoeve van de kleinere landeigenaren voerde. De aristocraten schoven in 695 Justinianus uiteindelijk aan de kant en hielpen met steun van de partij van de Blauwen Leontios op de troon. (Later vervingen de Groenen hem door Tiberios II).

Ex-keizer Justinianus werd als straf de neus afgesneden en daarna in ballingschap gestuurd naar het verre Cherson op de Krim. Toen de plaatselijke autoriteiten hem weer uit wilden leveren aan de hoofdstad, nam hij de benen en was eerst te gast bij de Chazaren in Phanagoria en vervolgens de Bulgaren. Met hun hulp belegerde hij Constantinopel, kroop door de pijp van een aquaduct en wist, eenmaal in de hoofdstad, genoeg steun te krijgen om weer op de troon terug te keren (705). Maar hij ontpopte zich als een wrede tiran die zich meedogenloos op al zijn vijanden zou wreken. Er volgden massaexecuties en een schrikbewind.

Degenen die het meest garen sponnen bij de nieuwe situatie waren de Bulgaren, die met rijke buit en keizerlijke titels naar huis gingen, en de Arabieren. In 707 namen zij Tyana in, een belangrijk fort op de grens met Cappadocië. Onderwijl hield Justinianus strafexpedities, eerst tegen Ravenna, daarna tegen Cherson. Daar liep het echter mis: de bevolking kwam in opstand en de Byzantijnse troepen volgden hun voorbeeld. Al gauw kregen zij de steun van de Khazaren. Er werd een Armeniër tot keizer uitgeroepen: Philippikos, een zoon van de patriarch Nikephoros. Hij verscheen met een leger voor de muren van de stad en werd binnengelaten in 711. Justinianus werd omgebracht en zijn hoofd werd spoedig in Ravenna en Rome tentoongesteld. Hiermee kwam een eind aan de dynastie van Herakleios.

6. Anastacia
Geboren 687 te Constantinopel. Dochter van Justinianus II en Eudokia.
Zij was gehuwd met Tervel (Bulgaars: Тервел). Hij was de zoon van khan Asparoech, stichter van het Eerste Bulgaarse Rijk, hij regeerde van 700 – 721. Hij komt de geschiedenis binnen als hij de afgezette Byzantijnse keizer Justinianus II (zijn schoonvader) terug op de troon helpt (705). Voor deze daad kreeg hij de titel Caesar, de eerste buitenlandse vorst die deze titel ontving.
Een tweede maal als hij de Byzantijnen hielp aan de overwinning bij het Beleg van Constantinopel (717-718) (zie Byzantijns-Arabische oorlogen).
Van zijn tijdsgenoten kreeg hij de bijnaam Redder van Europa.
Zoon:
– Sevar (Volgt Vorsten van Bulgarije nr. 3).

 

 

Zie ook Byzantijnse Keizers (II)

 

Terug naar:

Keizers, Koningen en Hertogen

handtekening 2016

21 februari 2016