Duitse Koningen en Keizers (II)

Vervolg van Duitse Koningen en Keizers (I)

 

Otto I de Grote

Otto I de Grote

4.a. Keizer Otto I de Grote (geboren Wallhausen  in Saksen-Anhalt, overleden 23 november 912 – Memleben, 7 mei 973), zoon van Hendrik de Vogelaar en Mathilde van Ringelheim, was hertog van Saksen, koning van Duitsland, koning van Italië, en “de eerste van de Duitse vorsten die keizer van Italië werd genoemd” volgens Arnulf van Milaan. Nadat Karel de Grote in 800 tot keizer werd gekroond, werd zijn rijk in de 9e eeuw onder zijn kleinzonen verdeeld en was de keizerlijke titel, na de moord op Berengarius I van Friuli in 924, bijna veertig jaar vacant, voordat Otto de Grote op 2 februari 962 tot keizer werd gekroond van wat later het Heilige Roomse Rijk zou worden genoemd.

Otto kreeg uit zijn eerste huwelijk met Editha van Wessex de volgende kinderen:

  • Liutgard (931 – 18 november 953) (Volgt 5), gehuwd met hertog Koenraad de Rode
  • Liudolf van Zwaben (930-957).
  • Reginlindis (geboren ca. 945). Zij was gehuwd met Konrad I Graaf van Öhningen en Hertog van Schwaben.

Otto kreeg uit zijn tweede huwelijk met Adelheid de volgende kinderen:

Uit een buitenechtelijke relatie met een Slavische edelvrouw:

  • Willem (929 – Rottleberode, 2 maart 968), aartsbisschop van Mainz vanaf 954, begraven in de Sint Albanuskerk bij Mainz

 

Liutgard van Saksen

Liutgard van Saksen

5.Liutgard van Saksen (geboren Maagdenburg, 931 – overleden 18 november 953) was de dochter van Otto I de Grote en zijn eerste vrouw Edith van Wessex. In 947 trouwde ze met Koenraad de Rode, de hertog van Lotharingen. Een zoon uit dit huwelijk was Otto I van Karinthië(Volgt 6). Liutgard ligt begraven in het Sint-Albanusklooster in Mainz.

De keizerstroon van Otto I werd niet doorgeven aan Liutgardes broer, Liudolf van Zwaben, maar ging in plaats daarvan naar de oudste zoon uit het tweede huwelijk van Otto I met Adelheid van Italië, Otto II en daarna naar diens zoon Otto III. Otto III werd opgevolgd door Hendrik II, een kleinzoon van een van Otto I’s broers. Na de dood van Hendrik II werd een achterkleinzoon van Liutgard, Koenraad II keizer van het Heilige Roomse Rijk. Deze Koenraad II was de stichter van de Salische dynastie, die honderd jaar aan de macht zou blijven.

Otto I van Karinthië

Otto I van Karinthië

6. Otto I van Karinthië (geboren ca. 948 – overleden 4 november 1004) was een zoon van hertog Koenraad de Rode en van Liutgard van Saksen (dochter van keizer Otto I de Grote en Editha van Wessex). Otto werd hertog van Karinthië en markgraaf van Verona.
Otto erfde de graafschappen van zijn vader en voegde daar nog een aantal ambten aan toe: hij was graaf van de Speyergau, Wormsgau, ElsenzgauKraichgau, Enzgau, Pfinzgau, Ufgau en de Nahegau. Otto was een trouwe vazal van keizer Otto II en keizer Otto III.

Otto was gehuwd met Judith (ca. 955 – 991), mogelijk dochter van Hendrik van Beieren en daardoor kleindochter vanArnulf I van Beieren. Zij kregen de volgende kinderen:

Hendrik van Spiers

Hendrik van Spiers

 7.Hendrik van Spiers (geboren ca. 970 – overleden 28 maart 989/1000) was de oudste zoon van Otto I van Karinthië en van Judith van Beieren. Hendrik was rond 985 gehuwd met Adelheid van Metz (ca. 975 – 19 mei 1039/1046). Hendrik was graaf van de Wormsgau, stierf als een jonge man en werd begraven in de dom van Worms. Hendrik was de vader van:

  • Koenraad II (990-1039).
  • Judith (overleden voor 1034, mogelijk in 998)

 

 

Keizer Koenraad II

Keizer Koenraad II

8. Koenraad II (rond 990 – Utrecht, 4 juni 1039) was vanaf 1024 koning van Duitsland en vanaf 1027 keizer van het Heilige Roomse Rijk. Koenraad was de eerste keizer uit de Salische dynastie. Onder zijn heerschappij werd het koninkrijk Bourgondië in het keizerrijk opgenomen.

Koenraad was de zoon van Hendrik van Spiers en Adelheid van Metz. Koenraad trouwde in 1016 met Gisela van Zwaben(995-1043), haar derde huwelijk. Zij kregen de volgende kinderen:

Keizer Hendrik III

Keizer Hendrik III

9. Keizer Hendrik III (geboren 28 oktober 1017 – overleden kasteel Bodfeld in de Harz, 5 oktober 1056),
Bijgenaamd de Vrome of de Zwarte, was keizer van het Heilige Roomse Rijk. Zijn politiek stond onder invloed van de kerkhervormingen van zijn tijd. Hij streefde naar een staat die was gebaseerd op het daadwerkelijk in de praktijk brengen van godsdienstige uitgangspunten, centraal geleid door de vorst met ondersteuning door de kerk (wat eentheocratie zou kunnen worden genoemd). Om zijn doelen te bereiken zette Hendrik zich in voor de versterking van de kerk en van de rol van de paus. Daardoor, door de versterking van de politieke rol van de bisschoppen en door de oplopende spanningen met de adel, schiep Hendrik de omstandigheden die mede leidden tot de burgeroorlogen die de regering van zijn zoon, keizer Hendrik IV, zouden teisteren.

Hendrik was in 1036 getrouwd met Gunhilde van Denemarken (1019-1038), dochter van koning Knoet II van Denemarken. Hendrik zou veel van haar hebben gehouden maar ze overleed op jonge leeftijd in Italië, aan malaria. Hendrik en Gunhilde hadden een dochter:

In 1043 trouwde Hendrik met Agnes van Poitou, dochter van hertog Willem V van Aquitanië. Zij kregen de volgende kinderen:

Hendrik zou nog een buitenechtelijke dochter hebben gehad: Adela, getrouwd met Wolfram van Enzberg, moeder van bisschop Johan van Spier.

Keizer Hendrik IV10. Keizer Hendrik IV (Goslar, 11 november1050 – Luik, 7 augustus1106) was koning van Duitsland vanaf 1056 en Rooms-Duitse keizer van 1084 tot zijn gedwongen troonsafstand in 1105. Hij was de derde keizer van de Salische dynastie en een van de machtigste en belangrijkste figuren van de 11e eeuw. Zijn heerschappij werd gekenmerkt door de Investituurstrijd met het pausdom en verscheidene burgeroorlogen met pretendenten van zijn troon in Italië en Duitsland.

Hendrik was in zijn eerste huwelijk (Trebur, 13 juli 1066) had een (ongelukkig) huwelijk  met Bertha van Turijn (1051- 1087).  Hendrik en Bertha kregen de volgende kinderen:

Op 14 augustus 1089 hertrouwde Hendrik met Eupraxia van Kiev, de jonge weduwe van Hendrik I van Stade. Zij zijn gescheiden. Hendrik en Eupraxia hadden geen kinderen.

Agnes van Waiblingen

Agnes van Waiblingen

11. Agnes van Waiblingen (geboren 1072 – overleden 24 september 1143) was een dochter van keizer Hendrik IV en van Bertha van Savoye. Zij wordt “van Waiblingen” genoemd omdat ze de koninklijke palts te Waiblingen erfde. Ze is begraven te Klosterneuburg.

Zij huwde in ca. 1090 met Frederik I van Zwaben, met wie zij al sinds 1079 verloofd was. Zij kregen de volgende kinderen:

  • mogelijk Heilika (ovl. na 1110, begraven te Ensdorf (Beieren), getrouwd met graaf Frederik van Pettendorf, kreeg twee dochters
  • Bertrada, getrouwd met een graaf Adalbert
  • Frederik II
  • Hildegard
  • Koenraad III
  • Gisela
  • Hendrik (ovl. voor 1102)
  • Beatrix, stichtte in 1146 het klooster van Michelstein
  • Kunigunde, getrouwd met een hertog Hendrik
  • Sofia, getrouwd met een graaf Adalbert
  • Gertrudis, gehuwd met Herman van Stahleck, stichtte het klooster van Sint-Theodoor in Bamberg waar ze non werd na de dood van haar man. Ze hadden kinderen maar haar zoons stierven op jonge leeftijd.
  • Richildis (Volgt 12), getrouwd met Hugo van Roucy, ze hadden acht kinderen.

Na de dood van Frederik in 1105 hertrouwde zij met markgraaf Leopold III van Oostenrijk (ook zijn tweede huwelijk) en werd de moeder van:

12. Richilde von Hohenstaufen (geboren 1098)
Dochter van Frederick I, hertog van Zwaben en Agnes van Waiblingen. Gehuwd met Hugo, graaf van Roucy.
Moeder van:
– Adela de Roucy (Volgt 13)
– Robert Guiscard de Roucy
– Hugues de Roucy, seigneur de Thosny et du Bois

13. Adela de Roucy (geboren 1137)
Dochter van Hugues, graaf van Roucy en Richilde von Hohenstaufen.
Gehuwd met Bouchard van Guise.
Dochter:
– Adela van Guise(Volgt 14)

Wapen van Guise

Wapen van Guise

14. Adela de Guise (geboren 1159 – overleden 1185)
Dochter van Bouchard van Guise en Adela de Roucy.
Zij was gehuwd met Jacob van Avesnes (geboren ca. 1150 – overleden Arsoef, 7 september 1191) Hij was een zoon van Nicolaas van Avesnes en van Mathilde van La Roche. Hij was heer van AvesnesCondé en Leuze, als opvolger van zijn vader (1171).
Jacob nam deel aan de Derde Kruistocht en was aanvoerder van de Hollandse, Vlaamse en Noord-Franse ridders tijdens het Beleg van Akko (1189-1191) en de slag bij Arsoef. Jacob sneuvelde in de slag bij Arsoef en werd de moedigste van de Vlaamse ridders genoemd.

Adela en Jacob  kregen de volgende kinderen:

  • Wouter II, opvolger van zijn vader
  • Burchard(Volgt 15)
  • Jacob, heer van Landrechies, gehuwd met een dochter van Boudewijn van Créquy
  • Guy (ovl. 1219), ridder
  • Mathilde (ovl. op 5 november, na 1236), gehuwd met Nicolaas IV van Rumigny en met Lodewijk IV van Chiny,
  • Adelheid, gehuwd met Rogier van Rosoy (-1246)
  • Adelaide (ovl. ca. 23 september 1216), gehuwd met Engelbert IV van Edingen
  • Ada, gehuwd met Hendrik III van Grandpré en met Rudolf I van Soissons.
Wapen van Avesnes

Wapen van Avesnes

15. Burchard van Avesnes (1182 – 1244) een zoon van Jacob van Avesnes en van Adela van Guise. Burchard was als tweede zoon voorbestemd voor een geestelijk ambt en werd kanunnik van de Sint-Pieter van Laon. Ook werd hij heer van Étrœungt.

In 1212 werd hij benoemd tot baljuw van Henegouwen en voogd van Margaretha van Constantinopel. Aangezet door koning Filips II van Frankrijk trouwde Burchard met Margaretha. Het huwelijk was zeer tegen de zin van Margaretha’s ouder zuster Johanna van Constantinopel. Door de jonge leeftijd van Margaretha kon het huwelijk niet worden geconsummeerd. Burchard begon een strijd tegen zijn oudere broer Wouter II van Avesnes en tegen Johanna, om de erfdelen van hemzelf en Margaretha te verwerven. Uiteindelijk werd een vrede gesloten waarbij het huwelijk van Burchard en Margaretha werd erkend. In 1214 vocht Burchard mee aan Vlaamse zijde in de slag bij Bouvines.

Tegenstanders van Burchard wisten te bereiken dat zijn huwelijk tijdens het Vierde Lateraans Concilie (1215) alsnog ongeldig werd verklaard. In 1216 werden Burchard en Margaretha geëxcommuniceerd. Ze moesten vertrekken uit Henegouwen en verbleven de volgende jaren aan een aantal adellijke en bisschoppelijke hoven in Lotharingen en het noorden van Frankrijk. In 1219 werd Burchard gevangengenomen en gevangengezet in Gent. Toen Margaretha in 1221 toestemde in ontbinding van het huwelijk, werd hij vrij gelaten. Hij trok naar Rome om absolutie te vragen aan de paus.

Het verhaal gaat dat Burchard in dienst trad van de paus. Toen Margaretha in 1244 gravin van Vlaanderen werd, zou hij zijn teruggekeerd naar Vlaanderen. Margaretha was inmiddels hertrouwd en liet Burchard in Rupelmonde onthoofden.

Margaretha en Burchard hadden volgende kinderen:

  • Boudewijn (ovl. 1219)
  • Jan van Avesnes
  • Boudewijn (1219-1295), gehuwd met Felicitas van Coucy, dochter van Thomas van Coucy-Vervins.

De nakomelingen van Burchard zouden decennia lang strijd leveren om de erfenis van hun moeder Margaretha met de kinderen uit het tweede huwelijk van Margaretha.

16. Jan I van Avesnes (geboren Houffalize, april 1218 – overleden Valencijn, 24 december 1257) was (erf)graaf van Henegouwen.

Jan was de oudste zoon van Burchard van Avesnes en Margaretha van Vlaanderen. Dit huwelijk werd echter onder politieke druk onwettig verklaard en ontbonden. Zijn moeder hertrouwde met Willem II van Dampierre en erfde in 1244 de graafschappen Vlaanderen en Henegouwen. Zij benoemde de kinderen uit haar tweede huwelijk tot haar erfgenamen.

Jan en zijn broer Boudewijn begonnen een politieke campagne om hun aanspraken te doen gelden. In 1243 verkregen zij een beslissing van keizer Frederik II van Hohenstaufen dat zij wettige kinderen van hun ouders waren. Jan kwam in 1244 in opstand tegen zijn moeder en koning Lodewijk IX van Frankrijk wierp zich in 1246 op als arbiter. Ook hij erkende de wettigheid van Jan en Boudewijn, en hij besliste dat Margaretha’s oudste zoon uit haar eerste huwelijk Henegouwen zou erven, en de oudste zoon uit het tweede huwelijk Vlaanderen zou erven. Lodewijk bereikte daarmee op zijn beurt dat het grote Vlaams-Henegouwse machtsblok aan zijn noordgrens werd versplinterd. Margaretha reageerde door het bestuur van Vlaanderen over te dragen aan haar zoon Willem II van Vlaanderen, maar ze hield wel het bestuur over Henegouwen.

Jan begreep dat het conflict met zijn moeder nog niet voorbij was en vond nog in 1246 een krachtige bondgenoot in graaf Willem II van Holland en trouwde op 9 oktober 1246 met diens zuster Aleid van Holland. Toen Willem in 1248 tot Duits tegenkoning was gekozen, bevestigde hij Jan als heer van Henegouwen en Rijks-Vlaanderen. In datzelfde jaar 1248 vertrok Lodewijk IX om deel te nemen aan de kruistocht en Jan besloot om zijn moeder aan te vallen. In 1250 werd zijn wettige status bovendien erkend door de paus. In 1251 lukte het Jan om zijn halfbroer Willem II van Vlaanderen te laten vermoorden tijdens een toernooi. Hij werd opgevolgd door zijn broer Gwijde van Dampierre. Nadat een aanval van Vlaanderen op Holland was mislukt (Slag bij Westkapelle, 4 juli 1253) was de Vlaamse macht gebroken. Margaretha besefte dat ze Henegouwen moest opgeven en in een laatste poging om Jan dwars te zitten schonk ze het graafschap aan Karel van Anjou, broer van de Franse koning. Karel probeerde Henegouwen te bezetten maar werd bij Valenciennes verslagen en kon ternauwernood ontsnappen. In 1254 keerde Lodewijk IX terug naar Frankrijk. Hij bevestigde zijn eerdere arbitrage en beval zijn broer om Henegouwen met rust te laten.

Zonder verder tastbaar resultaat overleed Jan in 1257, nog voor zijn moeder. Hij is begraven in Valenciennes.

Jan en Aleid kregen de volgende kinderen:

Jan kreeg nog een achtste kind Margaretha van Avesnes, gehuwd met Boudewijn van Péronne. Het is niet duidelijk of dit een kind is van Aleid of een buitenechtelijk kind.

 

Terug naar:

Keizers, Koningen en Hertogen

2 december 2015

2 december 2015

———————————————————————————————————————————————————————————————-